Tags
cyclonen, Hermannus van Tongeren, Jacoba van Tongeren, Martien Brouwer, Stodel, Van Tongeren Kennemer, Verzetsgroep 2000, Vrouwen in Verzet, VTKSiccaDania
BREAKING NEWS: Op 4 mei 2021 zal de NOS op NPO2 een documentaire uitzenden aan de verzetsstrijdster JACOBA VAN TONGEREN onder de titel ‘Generaal in Verzet’. Voorts zal dit jaar een uitgebreide versie verschijnen van het boek door Paul van Tongeren over Jacoba & Groep 2000. Ten slotte zal – uitgesteld vanwege coronatijd – op 10 oktober om 14.00 uur een standbeeld in herinnering aan Jacob van Tongeren worden onthuld in de Antillenstraat te Amsterdam.
In Amsterdam-Slotermeer is een herdenkingsbord geplaatst in herinnering aan verzetsstrijdster Jacoba van Tongeren
Een naar Jacoba van Tongeren vernoemde brug in de Burgemeester Fockstraat te Amsterdam
Op 4 mei 2016 is de Jacoba van Tongerenbrug (brug nr. 602) onthuld door Paul van Tongeren, op een foto uit 2018 met zijn echtgenote Els van Tongeren. Vijf andere bruggen in de hoofdstad zijn vernoemd naar de verzetsstrijdsters Henriette Voute, Hester van Lennep, Friede Belinfante, Henriette Pimentel en Hannie Schaft.

Plaatsing van een beeld ter ere van verzetsheldin Jacoba van Tongeren in de Antillenstraat Amsterdam (De Telegraaf, 8 oktober 2021)
Permanente tentoonstelling DE VELE GEZICHTEN VROUWEN IN VERZET, in Noord-Hollands Archief, Janskerk, Jansstraat 40, Haarlem

Vrouwen in verzet. Noord-Hollands Archief. Tevens publicatie van een publicatie bij de permanente tentoonstelling over Noord-Hollandse verzetsvrouwen tijdens de Tweede Wereldoorlog
HERMANNUS VAN TONGEREN Sr. (1876-1941), grootmeester Vrijmetselarij, generaal-majoor der genie KNIL, oorlogsslachtoffer

Vader Hermannus van Tongeren, in: Onderdrukking en verzet; Nederland in oorlogstijd, deel 2, pagina 497.

Vooromslag van ‘Hermannus van Tongeren en de Etrusken’. In 1984 door Charlotte J.van Tongeren uit Bilthoven uitgegeven brochure, bevattende een causerie over herkomst en taal van de Etusken. Afbeelding omslag: Danseres , Tomba dei Giocolieri, Tarquinia.
Over verzet gesproken: Herinneringen aan Ir. Hermannus van Tongeren en zijn firma Aerodyne
Gearresteerd in zijn huis op 7 september 1944 is hij rond middernacht uit de wagen gegooid en neergeschoten ter hoogte van het pand Wagenweg 240. Na zwaar gewond circa 3 uur ’s nachts gevonden te zijn door een Haarlemse agent van politie is hij op een handkar gelegd en na een nabijgelegen noodhospitaal vervolgens in het Sint Elisabeths Gasthuis aangekomen waar hij op zaterdag 9 september 1944 om 06.30 uur in de ochtend is overleden.
Jan Verspoor schreef: ‘De in Nieuwsbrief nr. 64 geplaatste rapportage over de oorlog bracht mij tot het besluit een herinnering aan de verzetsman H. van Tongeren op te schrijven. De man die in september 1944 -vlak na Dolle Dinsdag- in zijn woning aan de Herfstlaan werd verhoord door de inderhaast uit de Euterpestraat in Amsterdam opgeroepen SD. En die daarop werd meegenomen en zonder enige vorm van proces neergeschoten in de Haarlemmer Hout ter hoogte van het Huis met de Beelden. Een man ook die door de journalistiek in de naoorlogse jaren nauwelijks zal worden genoemd omdat hij -mijns inziens terecht- dacht veilig te kunnen opereren buiten de georganiseerde illegaliteit. Wie was die Ir. van Tongeren, die in de 30-er jaren aan de Herfstlaan was gaan wonen en wiens gezin in de oorlogsjaren bestond uit zijn vrouw en hun 5 kinderen? Van Tongeren moet een zeer sociaal bewogen mens zijn geweest en in de ogen van het vooroorlogse conservatieve Heemstede wellicht excentriek. Zijn leven heeft hij gewijd aan een schone lucht; nu zouden wij het milieukunde noemen. Bijzonder was hij zeker! Want welke Nederlander van omstreeks 40-jarige leeftijd trok destijds ’s zomers zijn knickerbockers uit om bij mooi weer in korte broek te gaan lopen? En wie ging langlaufen in Groenendaal zodra het sneeuwdek zich daarvoor leende?
Ir. Herman(nus) van Tongeren (geb. in Kota Radja, Sumatra, N.O.I. 6-10-1900, ov. op 43-jarige leeftijd 9 september 1944 in Haarlem vermoord) is een zoon van Hermannus van Tongeren (1876-1941) en Jeane Wilhelmina Holle (1870-1958) ; zuster van Charlotte van Tongeren (*1902). Hij trouwde 17 februari 1926 met Maria Justina Boers (*1900 Kedichem, Z.H., ov.1988) , uit welk huwelijk 5 kinderen zijn geboren, te weten; Inge, Ellen, Ben, Paul en Herman.

In 1932 werd ir.H.van Tongeren geraadpleegd in verband met de problemen van luchtvervuiling, de ‘vliegasplaag’ der suikerfabriek in Halfweg (Nieuwe Haarlemsche Courant, 29 juli 1932)

Bij een vooroorlogs jubileum van de firma Aerodyne. Herman van Tongeren vooraan zittend vierde van rechts.
Hij moet ook een knap ingenieur zijn geweest, getuige zijn tientallen patenten op milieu-gebied in Europa, Amerika en Australië. De uitvindingen beperkten zich niet alleen tot zijn vakgebied, de aero-dynamica (cyclonen als vliegasvangers/vonkenvangers: apparaten waarmee vuil en verontreinigde stoffen uit de rookgassen van fabrieken die via een schoorsteen worden afgevoerd of uit ketels op stoomschepen kunnen worden opgevangen) en luchtfilters (zifters), die hem in de jaren dertig van de vorige eeuw in industriële kring grote bekendheid bezorgde via zijn ingenieursbureau ‘Aerodyne’ in Heemstede.
In 1940 begon hij ook aan de ontwikkeling van een houtgas-generator die autorijden zonder het gebruik van benzine mogelijk maakte.

Rijden op gas bij gebrek aan benzine. De luxe gasgenerator op de onderste foto werd ontworpen door autocoureur en uitvinder Maus Gatsonides
‘Zijn vondst op het gebied van het verzet was echter zowel geniaal als ongebruikelijk: talrijke onderduikers uit de periode 1942-1945 hebben nooit geweten dat zij in leven zijn gebleven door zijn grote inzet! Dankzij zijn goede vooroorlogse contacten met de Duitse industrie en ondanks het feit dat zijn in Sachsenhausen omgekomen vader bij de SD in Amsterdam nog niet vergeten kon zijn, benaderde hij de Ortskommandant van Haarlem en zijn technische staf met een uniek voorstel. Dat behelsde het verder ontwikkelen van de houtgas-generatoren die bij de Wehrmacht het wagenpark mobiel moesten houden! Zijn kennis van zaken stond buiten elke twijfel. En voor dat doel zou de Ortskommandant uiteraard een Wehrmacht-truck ter beschikking moeten stellen… Achteraf blijven nog vele vragen: Was het niet vreselijk riskant het hol van de leeuw op te zoeken? Was de kans op succes niet te gering? Enz.,enz. Maar een feit is dat de truck inderdaad ter beschikking kwam! Met alle benodigde vergunningen en stempels van de Ortskommandantur kon binnen Nederland onbeperkt gereden worden, zelfs ’s nachts in Sperrtijd. De prognoses m.b.t. rendementsverbetering vergroting van de actieradius zullen de doorslag hebben gegeven bij die beslissing. Daarmee was het pad geëffend naar de boeren in Zeeland en andere provincies en begonnen de aardappel-, suikerbieten-, bonen- en andere ritten ten behoeve van onderduikers, die tot dusverre hun gastgezinnen voor grote voedselproblemen hadden gesteld. Met zekerheid kan gesteld worden, dat deze hulp voor vele onderduikers levensreddend is geweest!’ (Jan Verspoor).
Ter aanvulling de volgende informatie over H. van Tongeren en zijn door de Duitse bezetters omgebrachte vader H. van Tongeren (sr.): Herman(nus) van Tongeren is op 8 oktober 1900 in Kota Radja, Nederlands-Indië geboren. Reeds als student in Delft vond hij eind jaren twintig een cycloon of vliegasvanger uit. Tijdens zijn studie bezoekt hij weinig colleges maar verdiept zich in de universiteitsbibliotheek in vakliteratuur en beschikt ook zelf over een uitgebreide boekencollectie. Zijn grote interesse gaat uit naar cyclonen, een methode om stof uit schoorstenen op te vangen, volgens het beginsel van de aerodynamica. Zijn uitvindingen kregen internationaal aandacht kreeg en voortbordurend op zijn ontdekte principe zijn cyclonen in vervolmaakte vorm nog altijd wereldwijd in productie, zelfs onder de naam Van Tongeren. In 1931 verscheen van zijn hand een publicatie: ‘De vliegstofplaag’ als uitgave in eigen beheer. In Delft ook leerde hij zijn vrouw Miek Boers (1900-1988) kennen met wie hij in 1926 trouwde. Een jaar later doet hij kandidaatsexamen en na 11 jaar studie behaalde Herman in 1928 met lof het ingenieursdiploma [cf. De Ingenieur, 7-7-1928]. Hij heeft intussen zijn eerste uitvindingen gedaan en zich op vele gebieden beziggehouden, niet slechts de techniek betreffende maar ook vraagstukken bestudeerd op de gebieden van wijsbegeerte, Rozenkruizers, Vrijmetselarij, Soefisme, astrologie etc.

Het eerste huis van Herman van Tongeren in Heemstede aan de Postlaan met provisorisch laboratorium in de badkamer en een schuur achter het huis.
In 1930 vestigt hij zich in de Postlaan in Heemstede met een eigen ingenieursbureau, genaam Aërodyne, waarbij de eerste proeven worden gedaan in de badkamer en een schuurtje.

Het dubbelpand Johannes Verhulstlaan 32-34 in Heemstede. Een werkplaats was gevestigd aan de overzijde van de Zandvaart aan de Kanaalweg 15.
In 1934 volgt verhuizing naar de nieuw gebouwde huizen in de Johannes Verhulstlaan, op nummer 32 woont hij en op 34 is zijn kantoor en laboratorium. In 1937 verhuist hij naar een met in samenwerking van architect T.Kruger uit Heemstede ontworpen villa aan de Herfstlaan 20 nabij Groenendaal.

De door architect T.Kruger naar ideeën van ir. Herman van Tongeren ontworpen villa aan de Herfstlaan 20, waar de familie van 1937 tot maart 1944 woonde. Na de oorlog heeft de weduwe met kinderen gewoond op het adres Van der Waalslaan 27 in Heemstede.

Registratiekaartje politie Heemstede. Nadat Herman van Tongeren was geliquideerd hebben Duitse officieren bezit genomen van het fraaie huis aan de Herfstlaan.
Zijn bedrijf begonnen met 2 personen groeit uit naar uiteindelijk 45 werknemers. Intussen zijn 4 kinderen geboren: Ellen (1930), Ingrid (1931), Herman (1933), Ben (1934) en in 1942 volgt Paul.

Het gezin Van Tongeren in het huis aan de Herfstlaan Heemstede in 1942. V.l.n.r. Ingrid, baby Paul, Ben, Ellen en moeder Miek. Herman en vader Herman ontbreken op deze foto.
Bijlage: Herman van Tongeren (1899-1944) door Paul van Tongeren, in: Jacoba van Tongeren en de onbekende verzetshelden van Groep 2000 (1940-1945). Uitgeverij Aspekt, 2015.

In 1940 zond H.van Tongeren met enige andere omwonenden een bezwaar naar de gemeenteraad tegen de voorgenomen uitbreiding van de begraafplaats

Titelblad van een rapport door ir.H.van Tongeren over vonkenvangers voor dieselmotoren; een uitgave van Aërodyne, bureau voor toegepaste aerodynamica, circa 1935.
Internationaal van belang was de publicatie door H.van Tongeren: ‘A modern dust collector – a study of the principles governing its design and operation’. In: Mechanical Engeneering 57: 573-759, 1935.
![Tekening behorend bij patent US3084798, op 11 augustus 1932 aangevraagd door Hermannus van Tongeren voor zijn 'dust collector [stofvanger ofwel cycloon], welk patent op 5 mei 1936 is erkend. Zie: http://www.google.com/patents/US3084798](https://ilibrariana.files.wordpress.com/2012/05/tekening.jpg)
Tekening behorend bij patent US3084798, op 11 augustus 1932 aangevraagd door Hermannus van Tongeren voor zijn ‘dust collector [stofvanger ofwel cycloon], welk patent op 5 mei 1936 is verleend Zie: http://www.google.com/patents/US3084798
Per 31 december 1944 in 13 landen verleende octrooien aan ir. H.van Tongeren [tot zijn overlijden directeur van de firma Aerodyne in Heemstede]: NEDERLAND: 1937 turbineontwatering, nummer 40153; 1942 vonkenvanger,nummer 53177; 1942 knaldemper, nummer 52371; 1942 cycloon met groef, nummer 52371; 1942 mengkamer, nummer 52024; 1943 teerkraking, nummer 55429; 1943 generator gas na reiniging, nummer 55398; DUITSLAND: 1938 dubbele wervel, nummer 661744; 1938 turbineontwatering, nummer 657164; 1941 Multi T, nummer 709126; 1941 L.W.vanger, nummer 715183; 1942 knaldemper, nummer 7193221943 Fs/Fe, nummer 737374; 1940 wisvanger vuurhaard, nummer 690100; 1942 Hageman’s ketelreiniging, 1943 Z.Z.stofmeetapparatuur, nummer 745780;nummer 725983; 1944 stompe neus; OOSTENRIJK: 1939 Fs/Fe, nummer 15869; ENGELAND: 1937 FS/FE, nummer 156869; 1937 turbineontwatering, nummer 461600;1938 G.R.ketel “voet”, nummer 493755; 1939 schoorsteenvanger vuurhaard, nummer 496673; 1939 wisvanger vuurhaard, nummer 513196; 1941 vonkenvanger, nummer 539924; 1942 G.R.ketel “dubbele vuurhaard”, nummer 542024; FRANKRIJK: 1936 turbineontwatering, nummer 807705; 1942 cycloon met groef, nummer 807705; BELGIE: 1942 cycloon met groef, nummer 443000; POLEN: 1936 combinatie dubbele wervel en FS/Fe, nummer 23925; TSJECHO SLOWAKIJE: 1940 FS/Fe, nummer 66401; ITALIE: 1938 FS/Fe, nummer 3566401; 1942 cycloon met groef, nummer 392563; VERENIGDE STATEN: 1936 dubbele wervel, nummer 3039692; 1938 turbineontwatering, nummer 21118781939; 1939 dubbele wervel, nummer 2152114; 1939 wisvanger met schoepen, nummer 2152115; 1940 wisvanger vuurhaard, nummer 22225808;1940 Multi II, nummer 2205906; 1941 Hageman’s ketelreiniging, nummer 2242354; JAPAN: 1938 combinatie dubbele wervel en Fs/Fe, nummer 123601; 1938 multi I, nummer 126373; HONGARIJE: 1937 Fs/Fe, nummer 130334; ZWITSERLAND: 1937, turbineontwatering, nummer 192207, 1937 Multi I, nummer 191002; 1938 combinatie dubbele wervel en Fs/Fe, nummer 194404.

United States Patent Office: DUST COLLECTTOR invented by Hermannus van Tongeren, Heemstede, The Netherlands. Application August 11, 1932. Nr. 2,039,692

Na het overlijden van ir.H.van Tongeren zijn nog eerder aangevraagde patenten verleend aan een directeur van bureau Van Tongeren als gevolmachtigde van zijn echtgenote M.J.van Tongeren-Boers (Voorbeeld uit: Official Guide of the United States Patent Office, volume 674, 1953).

Eén van 2 tekeningen die Cornelis Jetses op verzoek van Van Tongeren maakte uit omstreeks 1928/1929. Onder deze illustratie kwam te staan: VOOR ONZE HULP WERD INGEROEPEN.

DE tweede tekening van Jetses met onderschrift: ‘NA ONZE HULP BIJ DE KEUZE VAN VLIEGASCHVANGERS’ (In 1942 tekende Jetses nog het geboortekaartje van Paul van Tongeren.

Een door ir. H.van Tongeren ontworpen cycloon. De naam Van Tongeren leeft voort via het bedrijf Van Tongeren Kennemer bv in Beverwijk, gespecialiseerd in “air, gas & solids systems, liquids & solids systems, process design & equipment manufacturing”. In 1893 opgericht door Martinus Witkamp en begin jaren 40 had een nauwe samenwerking plaats met het ingenieursburau Van Tongeren. Wereldwijd wordt bij de vervaardiging van cyclonen gewerkt op basis van de uitvinding van ir.H.van Tongeren.In Engeland produceert de firma Van Tongeren International Limited in Godalming nog altijd cycloonapparaten; in de Verenigde Staten: American Van Tongeren Corporation, gevestigd in Columbus, Ohio; in Zuid-Afrika door Kentech Air Pollution Control, Johannesburg/Reynoldsburg.
Geproduceerd wordt volgens het cycloon-patent dat oorspronkelijk toebehoorde aan N.V.Bureau Van Tongeren en aangevraagd in 1952, in 1956 in eigendom kwam van opvolger bij het ingenieursbureau Van Tongeren ir. Hendrik van der Kolk en Richard D.Dobson (die werkte in Brookfield (Wisconsin) en Milwaukee (Wisconsin) en na zijn pensionering in Clearwater (Florida).

Dieselmotor Stork-Van Tongeren. Vliegasvanger (cycloon) voor het motorschip ‘Celebes’ van de Stoomvaart Maatschappij Nederland. Bij Stork in Hengelo vervaardigd naar een ontwerp van uitvinder ir. Herman van Tongeren.

Nog een foto van de Van Tongeren vonkenvanger, vervaardigd bij Stork voor motorschip ‘Celebes’, 1940. De cycloon ofwel cycloonreiniger is een onderdeel van een gasgenerator, dat de gasstroom in een wervelende beweging brengt, waardoor de as, stof en teerresten in het onderste, afbreekbare deel, de stofbunker, neer zullen slaan.

Waterafscheiding in de laatste trappen. Condensatieturbine. vervaardigd door machinefabriek Stork in Hengelo volgens het systeem van uitvinder ingenieur H.van Tongeren (1940).

Plaatsing van cycloonvangers van ir.H.van Tongeren bij de Stadsreiniging in Amsterdam. Uit: Het Volk, 30–11-1941

Een vliegasvanger ontworpen door H.van Tongeren om de schoorsteen bij vuilverbranding van Amsterdam-Noord. Hiermee werden onverbrande delen poederkool en verbrandingsgassen van een stookinstallatie teruggevoerd in de verbrandingsketel. (Het Leven, 1928). De robuuste schoorsteen aan de Papaverweg bij het Johan van Hasseltkanaal voor de gemeentelijke vuilverbranding is pas in 1930 gebouwd door de firma Geelen uit Neer in 1930 overigens zonder vliegasvanger. Die 45 meter hoge schoorsteen is in 1971 gesloopt.

Demonstratie van door Herman van Tongeren ontworpen vliegasvanger bij fabrieksschoorsteen der verbrandingsoven gemeentereiniging Amsterdam-Noord (Het Leven, 1928)

Uit: M.van Melle, Vuilnisboekje – Geschiedenis van het Amsterdamse afval. Amsterdam, 2003, De genoemde Noppen was in 1928 de nieuwe directeur van de Gemeentelijke Dienst Afvalverwerking in Amsterdam

Deel van een bericht: ‘Het verspreiden van stof door verbrandingsinrichtingen’, uit: Het Vaderland, 30 januari 1929

In 1932 verscheen een publicatie van ir.H.van Tongeren: de vliegstofplaag. Aankondiging uit: Nieuwsblad van den boekhandel, 1932, nummer 39

De door ir. Van Tongeren uitgevonden cycloon kreeg internationale aandacht, zoals in een artikel Van K.H.Konyi, gepubliceerd in: Schweizerische Bauzeitung, 111/112, 1938, Heft 7. Op deze illustratie de ‘Doppelabschneider, 252 kg/h Staub, Entstaubungsgrad 87%. Artikelen over de cycloon-uitvinding verschenen in o.a. ‘Engineering Volume, 139 (1935) en ‘Bloomburg Businessweek (1939).

Multi-cycloon vliegasvanger voor ketelinstallatie, in 1951 geproduceerd door Stork op basis van de uitvindingen van ir. H. van Tongeren.

Door Stork in Hengelo vervaardigde A-ventilatoren, tookgasventilator en Multi-cycloon, vliegasvanger voor Gemeentelijk Electriciteits Bedrijf Den Haag, 1959, ten dele naar ontwerpen van ir. Herman van Tongeren (Stork-archief)
In april 1930 vestigde zich ir. H. van Tongeren in de Postlaan en twee jaar later een ingenieursbureau Aerodyne, voluit geheten: Bureau voor Toegepaste Aerodynamica ‘Aerodyne’ , in de Johannes Verhulstlaan 32-34 (woonhuis en kantoor in een dubbelpand gebouwd door woningbureau Kwak. Bij zijn bureau hebben jonge talentvolle ingenieurs werk gevonden, zoals ir. J.van Hulst en ir.H.van der Kolk.

Kantoor en laboratorium van ingenieursbureau ‘Aerodyne’, evenals woonhuis van familie Van Tongeren, waren gevestigd aan de Joh. Verhulstlaan in Heemstede
Van daaruit verhuisde hij in 1937 naar een mede door Van Bleijswijk Sombeek op aanwijzingen van hem hem ontworpen villa aan de Herfstlaan, nadat de gemeente Heemstede het jaar daarvoor een perceel bouwterrein, groot 843 vierkante meter, gelegen aan de noordzijde van de Herfstlaan tegen de prijs van ƒ 7.000,- had verkocht. Naast het kantoor aan de Verhulstlaan beschikte hij tevens over een laboratoriumruimte aan de Kanaalweg bij de haven van Heemstede

Advertentie van Aerodyne, met werkplaats aan de Kanaalweg 15 Heemstede. (Haarlem’s Dagblad, 6-12-1941)

Vooromslag van folder: Van Tongeren Cyclones. Firma gevestigd in Godalming, Surrey, Engeland en in de Verenigde Staten in Lebanon, Pennsylvania.
Hij is op donderdag 7 september 1944 na huiszoeking door de Feldgendarmerie Haarlem, geassisteerd door een politieagent uit Heemstede, door 3 gewaarschuwde Duitsers in zijn huis aan de Herfstlaan 20 ’s avonds laat opgepakt, na terugkeer van de werkplaats aan de Kanaalweg en nadat bij huiszoeking illegale blaadjes zoals de Patriot en een radiozender waren aangetroffen. Van Tongeren is in een geblindeerde auto geduwd en op de Wagenweg bij het ‘Huis met de Beelden’ uit de wagen gegooid. De SD’ers vuurden enkele gerichte schoten op hem af, waarbij hij werd getroffen in nek en longen. In de veronderstelling dat hij dood was reden ze door. Een geuniformeerde Haarlemse politieman vond Van Tongeren in de vroege ochtend en liet hem volgens diens verklaring overbrengen naar het nabijgelegen noodziekenhuis Bethesda-Sarepta. In de ochtend van 9 september is Van Tongeren aan zijn verwondingen in het Sint Elisabeth’s Gasthuis overleden. Zoon Paul van Tongeren schrijft in het boek over ‘Jacoba van Tongeren’: ” Na de moord op Herman van Tongeren wordt zijn gezin opgevangen door buren, de familie Penterman. Daarna vinden ze onderdak bij de familie Bosman en later bij de familie Verspoor. Ir.L.A.Peletier, zwager van Herman, krijgt de voogdij over de kinderen. Paul komt later bij zijn oom en tante in huis.’

Bericht over dood H.van Tongeren in illegale uitgave: VN-nieuws, speciaal bulletin van Vrij Nederland, 13-9-1944
In hoofdstuk 8 van het boek ‘Jacoba van Tongeren'(2015) ‘Er is geen tijd om te denken aan eigen verdriet’ zijn de herinneringen van de zuster van Herman van Tongeren geboekstaafd. Zij is gewaarschuwd dat haar broer is neergeschoten, zwaar gewond is, maar nog leeft. Ze schrijft: ‘Mijn broer kon zo heerlijk lachen, als jongen, later als man. In de donkerste ogenblikken zag hij alTijd nog iets grappigs of dwaas en dan barstte de lach los. Hij lachte met z’n hele wezen en je moest meelachen of je wilde of niet. Mijn broer heeft dikwijls gezorgd voor de vrolijke noot thuis, later als hij zo kwam binnenwaaien op m’n kantoor, m’n spreekuur, of als we samen een moeilijke, vaak levensgevaarlijke job trachtten tot een goed einde te brengen. Nu ligt hij daar, één kleine schorwond heeft die reus geveld. Alleen z’n ogen en z’n stem die met de minuut zwakker wordt, leven nog. De tijd dringt. Samen tillen we hem op de handkar van de plantsoenwachter en afgedekt onder takken en bladeren rijden we hem naar het Elizabeth Gasthuis. Mijn broer is niet dood. Waar zijn zijn vrouw en vijf kinderen? Ik ga op zoek. Mijn schoonzuster en de kinderen zijn op straat gezet: de oudste 14 jaar, de jongste 2,5 jaar. Waar zouden ze zijn? Overal is inkwartiering, nergens plaats. In het huis aan de Herfstlaan zitten Duitsers. Buren kunnen me niet zeggen welke weg dit zestal is gegaan. Ineens herinner ik mij de naam Bosman uit vroeger jaren. Twee oudere mensen al, waarvan de de man korte tijd bij mijn broer gewerkt had toen het bedrijf nog pas in wording was. Niet zo heel lang geleden heeft mijn broer nog verteld dat er nood was bij deze twee oude mensen. Een van de zoons is gesneuveld in de meidagen van 1940; de tweede zoon zit in de gevangenis in Duitsland. ‘Als er soms voedselpakketten zijn (voor de gevangenen in kampen Vught – Amersfoort) waar een bonnetje voor sigaretten van overblijft (die zijn goud waard en kunnen voor levensmiddelen-bonnen geruild) denk dan eens aan die twee oude eenzame mensen. ‘Een paar maal als onbekende, als zuster van het Rode Kruis, had ik reeds een pakje afgegeven zoals ook de diaconieën die van ons ontvingen. (…) .’ Na een urenlange zoektocht klopt Jacoba ongeveer kwart voor acht in de ochtend bij het huis van de twee gepensioneerden om te vernemen of zij iets meer weten over haar schoonzus Miek en de kinderen. De echtgenote van Herman van Tongeren en vier van de kinderen blijken bij de familie Bosman te zijn. Achter op de bagagedrager gaat ze met Jacoba naar het Elisabeth’s Gasthuis’, de heer Bosman gaat mee op een fiets zonder banden. Jacoba heeft toen van haar broer gehoord wie hem hebben meegenomen, Kempin, Kalb en Barbie (1), en uit de wagen hadden gegooid, waarna nog een schot – later zou blijken 2 schoten – volgden. Terug in Amsterdam in het huis aan de Verhulststraat regelt Jacoba een vervoermiddel om haar moeder en zus Lot naar het ziekenhuis in Haarlem te brengen. Dat kost grote moeite want noch PTT, politie, brandweer, geneeskundige dienst als Rode Kruis kunnen een wagen missen. Uiteindelijk lukt het de volgende ochtend dankzij de heer Noppen, directeur van de gemeentelijke reinigingsdienst en sinds 1928 een goede bekende van Herman van Tongeren een auto ter beschikking te stellen. Als men echter in Haarlem aankomt blijkt Herman in aanwezigheid van zijn vrouw een kwartier ervoor overleden, terwijl de heer Bosman nog een notaris, bedrijfsleider en eerste ingenieur had gewaarschuwd die bij bewustzijn nog instructies hebben ontvangen, terwijl de heer Bosman is gevraagd Jacoba te helpen om de begrafenis te regelen. Dat doet Jacoba, maar uit veiligheidsoverwegingen kan ze niet bij de begrafenis aanwezig zijn. ‘Alles voor de begrafenis heb ik geregeld. Ikzelf ben er niet bij. Ik blijf [met neefje] Paultje thuis. De kist is in alle stilte van het ziekenhuis naar de begraafplaats gebracht. Pas daar heeft de allernaaste familie; moeder, Lot, Miek en de Bosman’s achter de baar geschaard. Tussen een cordon van top tot teen gewapende maar in burger geklede LKP’ers en de KP 2000 is mijn broer ten grave gedragen. Een laatste ere-saluut voor een goed Nederlander die lafhartig werd vermoord. Geen pastoor. Geen vertegenwoordiger van de Soefi, waar hij toe behoort. Zo heeft mijn broer het gewild. De LKP, die een trouw lid verloor, is vertegenwoordigd. De veiligheidsdient van Groep 2000 ook. De leidster en eigen zuster ontbreekt (…), omdat dat te riskant zou zijn. Aan het eind van de dag bezocht Jacoba in haar eentje de begraafplaats om afscheid te nemen van haar broer.
(1) In een verhoor heeft Kempin ontkend dat hij bij de arrestatie van H.van Tongeren Jr. betrokken was en Barbie is volgens justitieel onderzoek in 1983-1984 na 1942 niet meer in Nederland geweest. Otto Kempin, die Befehlshaber der Sicherheitspolizei und des S.D., Aussenstelle Amsterdam was, werd na de bevrijding gearresteerd en is tot tien jaar gevangenisstraf veroordeeld met afrek av voorarrest vanaf 15 mei 1945 wegens zijn aandeel in de Jodenvervolging. I29 april 1951 heeft men hem reeds vrijgelaten. Klaus Barbie is in 1987 in Frankrijk tot levenslang veroordeeld en overleed in 1991.

Nagelaten: taak 1945-1960.Kort voor zijn dood geschreven, zoals Herman van Tongeren zich de naoorlogse tijd voorstelde (Uit: Jacoba van Tongeren, 2015).
BEKNOPTE BIOGRAFIE HERMANNUS VAN TONGEREN Hermannus van Tongeren studeerde in 1928 af aan de Technische Hogeschool Delft in werktuigbouwkunde met als specialisatie ‘aerodynamica’. Luchtbewegingen hadden hem dan ook al jaren beziggehouden tijdens de studie en cyclonen waren het onderwerp van zijn afstudeerscriptie. Zijn ontwerp voor een ‘vliegasvanger’- een apparaat om de as uit fabrieks-schoorstenen op te vangen – werd in die periode reeds geconcipiëerd. Eenvoudig gezegd bestond de uitvinding uit het brengen van de vuile rookstof in een zeer nauwkeurig ontworpen cirkelvormige werveling waarbij de microscopisch kleine deeltjes zich scheiden van de zuivere lucht. De laatste gaat schoon de atmosfeer in, de afgescheiden stof daarentegen via een conische afvoer naar de opslagbunker. Deze industriële cyclonen zijn meestal vele meters hoog. Toen Van Tongeren in 1929 vanuit Delft naar Heemstede verhuisde was hij reeds getrouwd met Miek Boers. Zij kochten het hoekhuis aan de Postlaan 26 en kregen daar vier kinderen. Heemstede was nog zeer ruim in die tijd, dit huis werd echter snel te klein. Ook omdat het kantoor aan huis was en de proeven in de badkamer werden uitgevoerd. In 1934 zijn daarom twee in aanbouw zijnde woonhuizen in de Johannes Verhulstlaan (nummers 32/34) gekocht, voor bewoning èn als kantoor plus laboratorium. Begin jaren dertig werd nog weinig gedaan om milieuvervuiling tegen te gaan. Fabrieken stootten grote hoeveelheden rook en as uit. Een rokende schoorsteen was in die tijd een teken van vooruitgang, van het technische kunnen om iedereen welvaart te bieden. Van Tongeren was echter ook een groot liefhebber van de natuur en hij herkende toen al de nadelige effecten van de menselijke productiemethoden. De vliegasvanger bleek een flink deel van de schadelijke stoffen af te scheiden en het fabrieken mogelijk te maken schonere lucht te lozen. Patenten op deze uitvinding werden verleend in vele landen. ‘Aerodyne, het bureau voor toegepaste aerodynamica’, was succesvol en breidde zich snel uit. De eerste grote opdrachtgever was de Amsterdamse vuilverbranding met zijn vooruitstrevende directeur Noppen. Diverse andere uitvindingen werden gedaan zoals zifters, vochtscheiders, geluiddempers en vonkenvangers. Voor de olie-industrie werden cyclonen ontwikkeld ten behoeve van de ‘Catcrackers’ die een besparing van duizenden gulden per dag opleverden. Zuinige benzineverstuivers voor vliegtuigen werden uitgevonden. Maar ook het indertijd zeer vooruitstrevende ontwerp van de ‘Celebes’ en ‘Oranje’, een passagiersschip speciaal ontworpen voor de vaart op Nederlands-Indië door het Suezkanaal, had vliegasvangers en geluiddempers volgens het systeem Van Tongeren.
En in 1935 zocht hij naar alternatieven voor de benzinemotor in de richting van gasgeneratoren. Het bureau was een ‘braintank’ voor de milieutechniek en energiebesparing op een moment dat nog weinigen zich bekommerden om frisse lucht, schoon water en geluidsoverlast. Omstreeks 1940 bestond het ingenieursbureau uit zo’n veertig personen. Van Tongeren reisde – met de eerste lijnvlucht van de KLM nog in rieten stoeltjes – naar Australië om te onderzoeken of en hoe goud kon worden gezift met een cycloon. De Verenigde Staten werden vele malen bezocht, de vangers werden daar in licentie vervaardigd door de firma BUELL in New York. Ook in Oost-Europese landen namen diverse industrieën hun milieumaatregelen en in Duitsland behoorden talrijke fabrieken tot de cliëntèle. Onderzoek in Heemstede en elders vond plaats in laboratoria, in Duitsland noemde men dat PROBESTAND.
Het lab in Heemsteden werd aldus ‘Proefstand’ genoemd, vandaar de naam op het bordje. Het hing op een loods die gehuurd werd van de zand- en grindhandel De Jong aan de Kanaalweg 15, want op de Verhulstlaan was te weinig ruimte voor proeven met deze metershoge apparaten. Met een klein ijzeren roeibootje voer men steeds over de Zandvaart om deze werkplaats aan de overkant te bereiken, In 1937 verhuisde het gezin Van Tongeren weer, nu naar Herfstlaan 20, een groot witgeschilderd huis met rondom balkon onder een rode kap en uitzicht op het bos Groenendaal. Naar enige ideeën van Van Tongeren werd dat in 1936 ontworpen gebouwd in samenwerking met de Heemsteedse architect ir.T. Kruger,.
Gedurende de bezettingsjaren na met 1940 vielen vele buitenlandse contacten weg. De research ging door maar de licentierechten konden niet worden geïnd. Wel raakten de Duitsers geïnteresseerd in de gasgenerator ter vervanging van de benzinemotor in auto’s. Van Tongeren was bereid aan de verdere ontwikkeling te werken, maar moest daar dan wel zijn personeel voor blijven behouden. Die mannen mochten niet in de ‘Arbeitseinsatz’ naar Duitsland worden gevoerd. En hij moest een Wehrmacht-truck ter beschikking krijgen om proeven te doen. Hoewel lange ritten werden gemaakt, onder andere naar Berlijn met als brandstof langs de route gesprokkeld hout, hebben de Duitsers van de uitvinding nooit gebruik kunnen maken. In 1990 heeft Jan Verspoor enige herinneringen aan Van Tongeren gepubliceerd in Nieuwsbrief 66 van de Historische Vereniging Heemstede Bennebroek. Hij schrijft: ‘In de herfst van 1943 werd mij gevraagd mee te gaan bij transporten die door Van Tongeren waren georganiseerd. Van twee op Apeldoorn geconcentreerde reizen herinner ik me dat de voor verhuizing in aanmerking komende onderduikers elk apart in de avond van hun onderduikadressen naar het centrale vertrekpunt van de truck moesten worden begeleid. De wagen kwam voorrijden als elke passagier bij het vertrekpunt (café) aanwezig was. De eerste reis betrof Joodse onderduikers, de tweede tocht waren het Russische vluchtelingen. Na aankomst in Heemstede werd op verschillende adressen overnacht, waarna de volgende dag per fiets of te voet de beloodsing volgde naar de volgende adressen. In verband met zijn redelijke beheersing van de Russische taal werd tijdens de tweede reis de heer Kemeling, destijds eveneens wonend aan de Herfstlaan, als tweede begeleider meegenomen. Bij de diverse controles onderweg, zowel heen als terug, bleken de papieren met stempels en handtekeningen voldoende autoriteit te suggereren (…)’.
In september 1944 werd een inval gedaan op de Herfstlaan, illegale bladen, een radiotoestel en andere verdachte attributen zijn gevonden en Van Tongeren, die zich in het lab aan de Kanaalweg bevond ging naar huis en is gearresteerd. Bij het ‘Huis met de Beelden’ in Haarlem werd hij neergeschoten. De familie moest het huis verlaten. Het ingenieursbureau ontviel degene die de patenten verwierf en de octrooien verliepen. Diverse directeuren hebben nog tot 1949 getracht het bureau voort te zetten, maar net voordat de milieutechniek weer opbloeide verkochten zij het verlies gevende bedrijf aan de vroegere Nederlandse producent van de cyclonen, de ‘Kennemer’. In de jaren 50 zijn veel patenten overgegaan naar ir. Hendrik van der Kolk van Bureau van Tongeren. Voor een gering bedrag maar met de conditie dat men het bureau zou voortzetten en het personeel in dienst houden. In zeer korte tijd werd het nog in dienst zijnde personeel ontslagen en zijn de panden verkocht. Het nieuw gebouwde laboratorium aan de Industrieweg alleen bracht meer op dan de koopsom van Bureau van Tongeren. Jaren gebeurde er weinig, maar de naam bleek nog steeds bekend en de diensten gevraagd. Sinds begin jaren 70 van de vorige eeuw is VAN TONGEREN INTERNATIONAL BV Kennemer – bureau voor ontstoffing en ventilatie, weer een bekend verschijnsel in de milieuwereld.

Emaille bordje ‘Proefstand Aerodyne’ dat aan de gevel van werkplaats-laboratorium ingenieursbureau Van Tongeren hing.

Aërodyne; bureau voor toegepaste Aërodynamica. Ir. H.van Tongeren W.I. , Joh. Verhulstlaan 32-34 Heemstede Holland

Tekeningen door de bekende illustrator Cornelis Jetses uit 1928/1929 (in kopie ontvangen van Paul van Tongeren) Met uitstoot door fabrieksschoorstenen vóór en ná de plaatsing van vliegasvangers

De thans verwaarloosde loods aan de Kanaalweg, destijds in gebruik door Van Tongeren, die binnen afzienbare tijd wordt gesloopt in verband met de geplande nieuwbouw Havendreef door Huib Bakker Bouw.
Het bordje ‘PROEFSTAND AERODYNE’ is dus een minuscuul overblijfsel uit het leven van een bijzonder Heemstedenaar. Een moedig man met vele ideeën over de betere wereld die hij na de oorlog had willen realiseren…… Een herinnering aan Proefstand Aerodyne uit Heemstede in de collectie van de Historische Vereniging Heemstede Bennebroek.Het bord is afkomstig van de werkplaats aan de Kanaalweg en op 26 november 1991 op de avond van de jaarlijkse premie-presentatie door de heer van Dijk aan de Vereniging Oud-Heemstede-Bennebroek aangeboden

Na de dood van Herman van Tongeren is bureau van Tongeren als lucht- en stoftechnisch laboratorium nog enkele decennia voortgezet op het adres Johannes Verhulstlaan 34 en na 1956 in een nieuw bedrijfspand aan de Industrieweg in Heemstede

Nog tot in de jaren 80 was bureau Van Tongeren gevestigd aan de Johannes Verhulstlaan. In 1991 is het bureau gefuseerd met Kennemer in Beverwijk, sindsdien geheten Van Tongeren Kennemer. (adv. uit De Telegraaf van 25-8-1962). Na fusering met Kennemer Machinefabriek in Beverwijk zijn is allerlei archiefmateriaal afkomstig van ir.H.van Tongeren helaas verloren gegaan.

Overlijdensadvertentie van dr. Herman Pieter Schim van der Loeff, J.M.Molenaerplein in Heemstede, die bij Aerodyne een naaste medewerker was van ir. Herman Van Tongeren (Algemeen Handelsblad, 13 januari 1949)

In 1960 overleed een andere naaste medewerker van ir. Herman van Tongeren, ir.Herman Godfried Ballot, woonachtig Franz Schubertlaan 73 (Algemeen Handelsblad, 31-5-1969)

Verkoop van gemeentegrond Heemstede aan Bureau van Tongeren, waar in 1956 een bedrijfsgebouw aan de Industrieweg is verrezen (Haarlems Dagblad, 19-12-1955).

Nog in 1971 ging bureau Van Tongeren uit Heemstede een samenwerkingsverband op milieugebied aan met de firma Norit in Amsterdam (De Tijd, 13-10-1971).
Naar aanleiding van vraag mijnerzijds over een filmvertoning in 1941 en het bedrijf DOCUFILM ontving ik van zoon Ben van Tongeren vanuit Cruquius in een brief van 26 augustus 1992 de volgende informatie: ‘Betreffende je vraag over de filmvertoning omtrent Heemstede op 1 december 1941 bericht ik dat die dag de verjaardag is van mijn zuster Ingrid en mijn vader vertoonde vaak films op onze verjaardagen. Hij heeft het ook gedaan op mijn verjaardag – 31/8/1944 – vlak voor de inval in ons huis. En de woonkamer was zoals gebruikelijk versierd met oranje vlaggetjes. Het is naruurlijk stom toeval dat ik jarig ben tegelijk met koningin Wilhelmina, toen dus Koninginnedag. Fotografie en film waren de grote hobbies van mijn vader. Naast het wetenschappelijke/commerciële AERODYNE had mijn vader dan ook nog een bedrijf: DOCUFILM. En naast een grote verzameling speelfilms die hij ook verhuurde aan o.a. onderwijsinstellingen maakte hij zelf veel films. Ik weet dat hij dia’s en films in de jaren dertig moest laten ontwikkelen in Berlijn, dat kon hier nog niet. Wel maakte hij er in Heemstede de geluidsplaten bij, op bureau werden die ‘gesneden’. Toen hij in Australië was in 1938 is er ook een plaat opgenomen waarop wij hem toespraken. Ook herinner ik mij dat hij samen met de heer Pointl (vader van schrijver Frans Pointl) een film maakte waarbij men – door fragmenten met russenpozen op te nemen – een bloem snel zag opengaan. Nu heel gewoon, maar toen een experiment. In zijn plannen voor na de oorlog wilde mijn vader zich voornamelijk aan de film gaan wijden door te gaan reizen met een filmploeg. Zijn gedachten over zo’n leven heeft hij weergegeven in een uitgebreide ‘begrotingsfilosofie’, de woontrailer, de opnamewagens en caravans had hij al allemaal ontworpen. Maar nu de Heemstedefilm. Alles is weg, de Duitsers hebben naast ons huis aan de Herfstlaan veel verbrand. Sommige dingen zijn later teruggevonden in Meer en Bosch, maar geen films of appparatuur. Ik zal mijn broers en zusters vragen of zij meer weten, maar over de oorlogsperiode werd in ons huis niet veel meer gepraat. De labiele toestand van mijn moeder sinds september 1944 maakte dat dat onderwerp taboe werd (…)’.

Bericht over vertoning van (kleuren)natuuroto’s in de HBS-Haarlem door ir.H.van Tongeren o.a. van Groenendaal en van Schotse meren. Uit: Het Bloemendaalsch Weekblad van 2-12-1938
———————————————————————————————-
Naar aanleiding van de arrestatie in Bolivia en vermoedens dat SS-Obersturmführer Klaus Barbie, rechterhand van Willy Lages in 1940-1941 – in de periode van 29 mei 1940 tot en met maart 1942 in Nederland actief geweest als lid van de SD in de rang van Obersturmführer te Amsterdam, waarbij hij evenwel ook Gestapowerkzaamheden verrichtte – de hand zou hebben gehad bij de arrestatie van ir. H. van Tongeren – hetgeen wèl vaststaat ten aanzien van diens vader Herman van Tongeren, Grootmeester der Nederlandse Vrijmetselarij – is in 1983 een justitieel onderzoek ingesteld.
De conclusie luidde dat ten aanzien van de dood van de Heemstedenaar geen bewijs is gevonden in relatie tot Barbie. Klaus Barbie zou namelijk na 1942 niet meer in ons land zijn teruggeweest. [Voordien had ir. H. van Tongeren Barbie in Amsterdam enkele malen ontmoet. Hij kwam bij hem om bezoekpasjes te halen om zijn vader, die in Amsterdam gevangen zat te mogen bezoeken en 29 maart 1941 overleed in concentratiekamp Sachsenhausen]. Ondanks de berichten van NIOD en Justitie heeft G.Hartendorf in zijn boek ‘Politieverzet in Haarlem tijdens de Tweede Wereldoorlog ‘ (1995) de veronderstelling dat Barbie bij de moord betrokken is geweest ten onrechte als een vaststaand feit beschreven. Uit het door de Landelijk Officier van Justitie uit Haarlem (mr.P.M.Brilman) en het NIOD (drs. David Barnouw) ingestelde onderzoek is hun rapport onder paragraaf 4.2.4.1. ten aanzien van ir. H.van Tongeren het volgende medegedeeld: ‘Hoewel absolute zekerheid voorshands niet valt te verkrijgen, menen ondergetekenden dat Barbie niet betrokken is geweest bij de dood van Van Tongeren Jr., en wel omdat hij na zijn vertrek uit Nederland in maart 1942 niet meer in ons land is teruggekeerd. De loopbaangegevens, zoals beschikbaar via het B.D.C., zijn in het geval van Barbie zeer compleet. Uit niets is gebleken dat Barbie vanuit Lyon naar Nederland is teruggeplaatst. Een degelijke mutatie zou zeker zijn verwerkt. De laatste mutatie luidt dat Barbie per 20 november 1944 ontheven is van zijn post in Frankrijk. Hoewel reserve bij de beoordeling op zijn plaats is, verklaart ook Kempin dat Barbie in 1944 niet terug is geweest. Eenzelfde verklaring legt Aus der Fünten af in 1983. In combinatie lijkt een en ander plausibel. Daartegenover staat de verklaring van de van dochter Charlotte van Tongeren . Het proces-verbaal van haar verhoor, zoals opgenomen in de bijlagen van het Rijksrecherche-onderzoek is niet geheel helder, zoals p.v.’s uit die tijd kwalitatief vaak tekortschoten. Onduidelijk is of mevrouw Van Tongeren nu zelf de drie Duitsers heeft herkend of dat zij haar wetenschap ontleent aan haar schoonmoeder of haar overleden echtgenoot. In het tweede geval moet bedacht worden dat de schoonmoeder (waarschijnlijk) niet bij de huiszoeking was; in het derde geval dat zij haar wetenschap (waarschijnlijk, ook hier schiet het proces-verbaal tekort) van haar dodelijk getroffen echtgenoot, die zij echter nog heeft kunnen spreken. De mededeling dat het in casu ging om dezelfde Duitsers als vier jaar eerder, ontbeert als getuigeverklaring kwaliteit. Een en ander lijkt niet in staat voldoende aannemelijk te maken dat Barbie behoorde tot degenen die Van Tongeren Jr. arresteerden, nog daargelaten de vraag of hij ook behoorde tot degenen die Van Tongeren neerschoten. Hieraan vermag de opmerking van mevrouw Charlotte van Tongeren “dat mr.Kymmel (de advocaat van de familie Van Tongeren in en na de oorlog, schr.) bevestigde dat Barbie een week in Nederland was” niet af te doen. Het archief van mr. Kymmel blijkt reeds lang geleden te zijn vernietigd. De echtgenote van ir.H.van Tongeren kon in verband met haar leeftijd niet gehoord worden. Een argument om aan te nemen dat Barbie op 7 november 1944 – Lyon was toen reeds in geallieerde handen – teruggekeerd was in Nederland, zou gevonden kunnen worden in de redenering dat hij dan toch in februari 1945 ten tijde van de moord op procureur-generaal Feitsma in Nederland was. Inderdaad gaat het B.O.O.M.-dossier ten name van Barbie van die veronderstelling uit. Naar de mening van ondergetekenden – het werd hiervoor al gezegd – is Barbie echter na 1942 niet meer in Nederland werkzaam geweest.’
Bijlage: Herinneringen van Martinus Jacobus Bouwer 1920-2005. In Necrologie door A.G.van der Steur, in: Haerlem Jaarboek 2005, pagina 222:
‘(…) In maart 1937 werd hij via het Gemeentelijk Arbeidsbureau bij Docufilm/Aerodyne in dienst genomen voor 4 gulden per week in het Laborato-

Martinus Jacobus Bouwer over zijn dienstbetrekking bij Aerodyne van Herman van Tongeren in oorlogstijd. (Jb. Haerlem 2005. 2006, p.219).
JACOBA VAN TONGEREN (1903-1967), LEIDSTER VAN GROEP 2000
In dit verband wordt nog vermeld dat een zuster van ir.H. van Tongeren jr. tussen 1942 en 1944 leiding gaf aan de verzetsgroep ‘Groep-2000’ die ongeveer 140 leden telde, met inbegrip van 5 Joden. Jacoba J. van Tongeren was van beroep maatschappelijk werkster. Na de arrestatie van haar vader zette zij de samenwerking met een groepje Vrij Nederland-personen voort. Zij liet een bedrag van ƒ 600.000,- vanuit Zwolle naar Amsterdam overbrengen, waar zij dit bedrag ging gebruiken voor het steunen van ondergedoken Joden en allerlei vormen van illegaal verzet, aldus geschiedschrijver dr. L. de Jong. B.Braber noteerde in zijn boek ‘Zelfs als wij zullen verliezen. Joden in verzet en illegaliteit 1940-1945’ (Amsterdam, 1990): ‘De van oorsprong protestantse Groep-2000 verzorgde onderduikers en begon in de zomer van 1942 met het zenden van levensmiddelenpakketten naar Westerbork, Theresienstadt en Bergen-Belsen. Als gevolg van de spoorwegstaking in 1944 staakte de groep deze activiteit. De groep telde ongeveer negentig leden, waaronder vijf joden en stond onder leiding van J.J.van Tongeren, de dochter van de vrijmetselaar Hermannus van Tongeren die die in 1940 was gearresteerd en weggevoerd. In eerste instantie bestond er een band met “Vrij Nederland”, maar deze werd in de loop van de jaren verbroken. De werkzaamheden van de groep kwamen sterk overeen met die van de LO/LKP.’ Dr. Marjan Schwegman telde in haar boek ‘Het Stille Verzet. Vrouwen in illegale organisaties, Nederland 1940-1945’ (1980) binnen de Groep 2000 onder leiding van Jacoba van Tongeren: 35 vrouwen en 59 mannen. Van alle verzetsgroepen merkt zij op: ‘Getalsmatig verhielden mannen zich ongeveer tot elkaar als 5:3. Vrouwen verstuurden pakketten, verzorgden het ‘kinderwerk’, koerierden, administreerden en verzorgden het contact met de PBc en het Rode Kruis. Voorts was de algehele leiding [van Groep 2000] van een vrouw. Mannen onderhielden het contact met de Koninklijke Marine, fotografeerden, verzorgden de boekhouding en deden mee aan het gewapende verzet. De andere taken werden zowel door mannen als door vrouwen verricht. Mijn voorlopige conclusie voor Groep 2000 luidt dat sekse in sommige gevallen wel en in andere gevallen niet een criterium was voor de rolverdeling. Het meest opvallende in dit verband is dat een vroiuw de leiding van de groep had.’ Jacoba van Tongeren (Tjimabi bij Bandoeng 1903 – Bergen 1967) was de enige vrouw in ons land die van 1940 tot de Bevrijding een verzetsgroep heeft geleid, die uiteindelijk heeft bestaan uit 140 personen welke zorg hebben gedragen voor ongeveer 4.5000 onderduikers. Zij stond bovendien aan de wieg van het toen illegale blad ‘Vrij Nederland’, na de oorlog voortgezet als weekblad. Het thans verschenen boek van Paul van Tongeren is gebaseerd op de in 1945-1946 op basis van dagboekaantekeningen op papier gestelde memoires die eerder in een beperkte oplage voor de groepsleden zijn verschenen en opgedragen aan peins Bernhard als toenmalig opperbevelhebber der Binnenlandse Strijdkrachten, maar in hoofdzaak op de lange brieven die Jacoba in 1964 schreef aan ds. Alje Klamer. De 330 handgeschreven pagina’s zijn de basis geweest van het thans bij uitgeverij Aspekt verschenen boek door Paul van Tongeren en Trudy Admiraal. De aanvankelijk naamloze groep heette ‘Groep 2000’. Jacoba van Tongeren ontwierp een code waarbij de leden en onderduikers een nummer kregen om anonimiteit te waarborgen en waarbij zij als enige de sleutel had van de gehanteerde code. Zelf noemde zij zich ‘juffrouw 2000’als oprichter van de groep was ze 00 en het getal 20 verwees naar de plaats van de eerste letter van haar achternaam in het alfabet. Ze was opgeleid als verpleegster en sinds 1940 werkzaam als maatschappelijk werkster bij de Bijzondere Kerkelijke Gezinszorg in de hoofdstad. In die functie kon zij eenvoudig aan distributiebonnen komen, van belang voor de onderduikers om te kunnen overleven. Tevens verzorgde zij met haar groep zolang dat werd toegestaan de verzending van voedselpakketten naar Westerbork en concentratiekampen in Nederland en elders. In 1944 kwam zij in botsing met Henk van Randwijk, die een vrouw als leider minder geschikt achtte en tevergeefs trachtte de Groep 2000 bij zijn verzetsgroep te laten fuseren. De samenstelling der leden van de Groep 2000 was divers maar bestond voor een groot deel uit protestanten. Van de Joodse groepsleden worden genoemd: Abraham Abas, Frieda Belinfante, Rudi Bloemgarten, Isidoor Huikman, Ellen Inja-Weijl, Malvine Kaufmann, Gerda Meijer, Joop Mendes, Isaac Troostwijk en Hermine Henriëtte Clara Weijl. Van hen hebben Rudi Bloemgarten, Isidoor Huijkman en Isaac Troostwijk de oorlog niet overleefd. In het 2015 verschenen boek zijn van genoemde Joodse personen beknopte biografieën opgenomen van Abraham Abas (18985-1986), Frieda Belinfante (1904-1995), Rudi Bloemgarten (1920-1943), Isidoor Huikman (1909-1944), Maja Malvine Kaufmann (in 1919 geboren), Gerda Meijer (1923-2014), Joseph (Joop) Mendes (1913-2002), Isaac Troostwijk (1880-1942) en Ellen-Inja Weijl Rudolf ofwel Rudi Bloemgarten is op 18 juni 1943 door het SS- und Polizeigericht in Amsterdam ter dood veroordeeld en 1 juli geëxecuteerd in de duinen van Overveen [herbegraven op erebegraafplaats Bloemendaal]. Isidoor Huijkman is 1 september 1944 op zijn huisadres in Amsterdam opgepakt en naar kamp Vught overgebracht. 6 september s hij aldaar met 70 andere personen gefusilleerd. Isaac Troostwijk overleed op 28 november 1942 in kamp Westerbork. Zijn echtgenote is 1 februari 1943 in Auschwitz vermoord. Van predikant Frans Boenders (1887-1955) is bekend dat hij een Joods echtpaar liet onderduiken. Dat werd ontdekt en van 12-8-1942 tor 24-6-1943 zat hij gevangen, eerst in Haaren, vervolgens in het ‘Oranje-Hotel’ te Scheveningen. Na vrijlating zette hij zich in voor Groep 2000. Andere leden die zich actief hebben ingezet om Joodse personen te laten onderduiken zijn o.a. Henk Dienske, Madeline van Geuns, Henriëtte Haak-van Eek, Jurriaan Haak, Cor Inja en echtgenote Ellen Inja Weijl, Gerda Meijer, Johan Schrijver, Gerda Sergeant-Richter en Truus Wijsmuller-Meijer (die transporten van Joodse kinderen naar onder meer Engeland organiseerde en voedselpakketten naar protestantse joden in kampen verstuurde).

Ellen Inja-Weijl en Cor Inja, circa 1930. Cornelis Paulus Inja behoorde tot de Doopsgezinde Broederschap, van zijn vrouw waren beide ouders van Joodse afkomst. Ellen, die lerares was bij het nijverheidsonderwijs, werd samen met haar moeder doopsgezind.Tijdens de oorlog woonde het echtpaar in Zaandam. Beiden waren lid van Groep 2000 en hebben zich vooral ingezet voor ondergedoken protestantse Joden.
Op de blog ‘Geheugen van Plan Zuid’ schreef Joseph Mendes een bericht/oproep in 2012. Aan zijn vader Joseph Mendes (1913-2002) is een beknopte levensbeschrijving gewijd in de thans uitgegeven publicatie ‘Jacoba van Tongeren..’.Daaruit blijkt dat het lid van Groep 2000 gymnastiekleraar was in Amsterdam en voor de verzetsgroep spionageactiviteiten uitvoerde. Joseph Mendes jr. (21 augustus 1937 geboren) was 3 jaar toen in 1940 de oorlog uitbrak. Het gezin Mendes woonde in de Lekstraat 5/2 in de Amsterdamse Rivierenbuurt. Later in de oorlog is de zoon met zijn broers overgebracht naar Friesland waar ze moesten onderduiken. Op latere leeftijd ontdekte hij pas dat zijn ouders actieve verzetsleden waren. Vader zat bij de verzetsgroep 2000, nadat hij de vader van Jacoba van Tongeren had leren kennen, en moeder had op een gegeven moment 18 joodse onderduikertjes in huis. Zijn vader begon eind 1940 voor groep Vrij Nederland en later groep 2000 onder schuilnaam ‘Theo Stekman’. Hij verrichtte o.a. spionage en sabotagewerk en is 3 maal gearresteerd, 2 keer vrijgelaten vanwege gebrek aan bewijs, de derde keer ontvlucht, waarna hij in Nijmegen onderdook. Aldaar zette hij zijn activiteiten voort met de heer W.van Dolder. [die in 1948 als militair bij het KNIL in Semarang is omgekomen].In 1943 werd hij wederom gearresteerd door SD’r C.C.Wiebe, waarna Mendes heeft vastgezeten in de kampen Vught, Birkenau, Dachau en Sasnowitz.

Portret van Joseph Mendes sr. (1913-2002), lid van de Groep 2000. Hij zat in de gevangenis aan de Amstelveenseweg met Hermannus van Tongeren en is zo in contact gekomen met diens dochter Jacoba en groep 2000
Weer op transport gesteld wist hij te ontsnappen door uit een trein te springen. Er wordt op hem geschoten en gewond is hij door Tsjechische partizanen verzorgd. Mendes sloot zich aan bij de partizanen en keerde op 16 juli 1945 in Amsterdam ziek terug als gevolg van o.a. de mishandelingen in zijn gevangenschap. In 1953 is hij geëmigreerd naar Nieuw Zeeland, vervolgens naar Australië, waar Joseph Mendes op 7 september 2002 is overleden. De moeder van Josph Mendes jr. had zoals gezegd veel Joodse kinderen in huis, van wie de zoon zich herinnert Greetje Salomons (die na de Bevrijding naar Israël verhuisde) en mw. van Cutsum die naar Calgary in Canada emigreerde. Zij moest op een gegeven moment zelf onderduiken, eerst op het adres Prinsengracht 579 en daarna in Assen. De 3 kinderen werden door de illegaliteit ondergebracht in het Friese Ferwerd en overleefden de oorlog.

Door Jacoba van Tongeren na de Bevrijding genoteerde lijst van omgekomen personen uit de verzetsgroep 2000. Daarbij ook 3 mannen, waaronder haar broer die officieel geen lid waren maar de Groep 2000 ondersteunden. R.Blumgarten moet zijn Bloemgarten, een verzetsman van joodse afkomst die door verraad is gearresteerd en 1-7-1943 in de duinen van Overveen is gefusilleerd.

Portret van medisch student en verzetsman Rudolf Bloemgarten . Van Joodse afkomst. In 1920 geboren te Maastricht en op 1 juli 1943 gefusilleerd in de duinen bij Overveen. Begraven gedenksteen 5 erebegraafplaats Bloemendaal

Portret van Johannes Petrus van Kan (1900-1945) was vanaf maart 1942 ambtenaar bij de distributiedienst in Amsterdam. Organiseerde met mej. A.L. (Bep) van Parreren van Groep 2000 duizenden bonkaarten voor onderduikers. Vanaf juli 1944 werkzaam voor intendance van KP Reintje de Vos, Hij is op 27 maart 1945 tijdens een Sipo-inval gearresteerd en 11 april 1945 te Zijpe gefusilleerd. Is herbegraven op erebegraafplaats Bloemendaal

Jacoba van Tongeren, in haar authenthiek verslag HERVORMDE GROEP 2000 over Kring1400 en in zonderheid over Jan van Kan, pagina 43. (Een kopie van het gehele verslag van 90 pagina’s bevindt zich in de Heemstede-collectie van het Noord-Hollands Archief, Kleine Houtweg, Haarlem).

Behalve een in beperkte oplage verschenen publicatie ‘Beknopt historisch verslag van de werkzaamheden van Groep 2000’ door Jacoba Johanna van Tongeren is eerder op 23 juli 1945 een oorkonde, vervaardigd door Max Nauta, op 23 juli 1945 opgedragen en overhandigd aan Z.K.H. Prins Bernhard als opperbevelhebber der Nederlandse Strijdkrachten.

Band met embleem van Groep 2000, ontworpen door Max Nauta. Bovenop de bijbel staat een afbeelding van de Pelikaan-vogel, die zichzelf de borst openrijt om zijn jongen te voeden, een symbool dat is ontleend aan de vrijmetselarij (Uit boek Jacoba van Tongeren, 2015).

Kerstkaart die Jacoba van Tongeren Kerst 1944 onder de leden van Groep 2000 heeft verspreid en Paul van Tongeren bij een verzamelaar aantrof.

Pagina van de door Jacoba van Tongeren bedachte en uitgevoerde code waarbij letters (van persoonsnamen) door cijfers werden vervangen (Uit: Vrij Nederland, 21 maart 2015).

Monument ‘De Gevallen Hoornblazer’ op het Weteringplantsoen in Amsterdam. Op 10 maart 1945 viel de SD het pand binnen, waar de centrale post van de verzetsgroep Groep 2000 aan de Stadhouderskade was gevestigd. Gevreesd werd dat de sleutel van de code met de namen van de leden zou worden gevonden. Ondanks het feit dat leidster van de verzetsgroep 2000 Jacoba van Tongeren hiertegen was drongen enkele verzetslieden van de KP het pand binnen, en ontstond een vuurgevecht waarbij een SS Hauptscharführer dodelijk werd getroffen. Als represaille zijn door de Duitsers 30 gevangenen uit het Huis van Bewaring naar het Eerste Weteringplantsoen gebracht en aldaar gefusilleerd. Burgers in de omgeving werden gedwongen naar de executie te kijken. Jacoba van Tongeren volgde de ontwikkelingen vanuit de blokpost onder de brug bij het Weteringsplantsoen met uitzicht op Stadhouderskade 56. De stoffelijke overschotten bleven nog enige tijd als waarschuwing liggen voordat deze op een open vrachtwagen zijn afgevoerd. Het monument is een geschenk van de Heineken Brouwerij. Op het monument staat de volgende tekst: ‘Fusilladeplaats in de 2e wereldoorlog. Op 12 maart 1945 werden hier 30 politieke gevangenen in een represaille-aktie door de Duitse bezetter ter dood gebracht.’

18 september 1954 is het oorlogsmonument aan het Eerste Weteringspantsoen,. vervaardigd door beeldhouwer Gerrit Bolhuis, door burgemeester mr. d’Ailly onthuld. Later is een plaquette met de namen van de 30 gefusilleerde personen, politieke gevangenen, (waaronder uit één familie Pijl 3 personen) aangebracht. De stoffelijke overschotten zijn in de duinen begraven en na de bevrijding in hun woonplaats of op erebegraafplaatsen zoals Bloemendaal en Loenen herbegraven. Een verdwaalde Duitse kogel trof de predikant en theoloog Jan Koopman (1905-1945), die vanuit zijn onderduikplaats aan de Stadhouderskade toekeek en op 24 maart aan zijn verwondingen overleed. Jaarlijks vindt op 4 mei ter plaatse een herdenking plaats.
Op 12 maart 1945 op het Eerste Weteringplantsoen door de Duitse bezetters gefusilleerde personen: W. Boonstra (geb.1893), P.F. Brittijn (geb. 1902), F.C.M.Coelen (geb.1906), J.C.R.van Eijk (geb. 1923), A.J.Engelen (geb. 1920), G.W.Engelen (geb. 1914), J.G.Eskens, geb. 1924), W.van de Fliert (geb.1911), J.Goris (geb.1901), J.Th.de Haan (geb.1901), H.Hekking (geb.1925), S.de Kleuver (geb. 1923), J.Koopmans (geb.1905),

In boekvorm uitgegeven artikelen van Jan Koopmans (uitg. Kok, 2008). Kijkend aan de Stadhouderskade naar de fusillade raakte hem een kogel en is hij aan de opgelopen verwonding op 24 maart overleden.
P.L.Merlijn (geb. 1920), R.Murray (geb. 1919), R.T.Oost (geb. 1908), F.ten Pas (geb. 1913), J.C.Pijl (geb. 1922), M.A.Pijl (geb. 1894),M.A.Pijl jr. (geb. 1921). J.Pleeging (geb.1896), R.Pletting (geb. 1918), J.W.van Randen (geb. 1923), J.D.Semeins (geb. 1916), G. Stoof (geb. 1918), H.Sturm (geb. 1923), G.H.van Tiel (geb. 1925), W.J.van Velzen (geb. 1886), A.H.Verwoerd (geb. 1926), L.Verwoerd (geb. 1899), K.Weber (1924).

Portret van Adrie Hendrik Verwoerd (1926-12-3-1945)

Portret van Leendert (Leo) Verwoerd (1899-12-3-1945)
N.B. De naam van Gerrit Stoof, geboren op 22 mei 1918 te Kamerik, ontbrak in de slachtofferlijst van de Oorlogsgravenstichting.
Nog een overzicht van de op 12 maart 1945 30 gefusilleerde verzetsmensen door de Duitse bezetters op het Weteringplantsoen: met voor-en achternaam en leeftijd van overlijden: Henk Verwoerd (8), Klaas Wever (21), Willem van Velzen (58), Leo Verwoerd (45), Hans Sturm (21), Gerard van Tiel (19), Jan Dirk Semeins (28), Gerrit Stoof (26), Reinier Pletting (26)), Jan W. van Randen (21), Wieger Boonstra (31), Pieter Brittijn (42), Frits Coelen (38), Ko van Eijk (31), Jan Pleeging (48), Marinus Pijl (52), Jan Pleging (22), Marinus Pijl Jr. 23) Pleging jr.(23),Roelof Oost (37), Frans ten Pas (31), Gerard Engelen (30), Anton Engelen (24), Johan Eskens(20), Willem vanVliet(33), Piet Merlijn (24), Robert Murraij (26), Hendrik Hekking (19), Sander de Kleuver (21), Rob Goris (44), Jan de Haan(44).

De fusillade in het Weteringplantsoen, die zij van verre aanschouwde, heeft Jacoba van Tongeren psychisch geknakt. Op deze foto staat zij vooraan bij een naoorlogse kranslegging.

Uit: Oud verzetsstrijdster schrijft gedenkalbum op haar ziekbed. Jacoba van Tongeren, de bonnenkoningin. Door Willem Smitt, in dagblad Trouw, 22 mei 1965 Op de foto links haar vriendin mej.C.C. Wateler

Aan Jacoba van Tongeren gewijde brug in Amsterdam

H. van Tongeren sr. met zijn familie (links tussen moeder en vader de zoon Hermannus ofwel Herman) in 1907
IN JANUARI 2016 KOMT DE VIERDE, VERNIEUWDE DRUK UIT OVER JACOBA VAN TONGEREN EN GROEP 2000. DEZE ZAL DEELS STERK AANGEVULDE BIO’S EN ANDERE AANVULLINGEN BEVATTEN.
==================
P.S. Een verslag ‘Dramatische afloop van huiszoeking – de dood van Hermannus van Tongeren’, gebaseerd op politiedagrapporten en andere bronnen, is als bijlage G opgenomen in de publicatie ‘Uittreksel dagrapporten gemeentepolitie Heemstede 1939-1945, samengesteld door V.C.Klep. Tweede herziene druk, juni 1996.

Verslag V.C.Klep (slot) Nota Bene. Waar OTTO Kemping staat, moet gelezen worden OTTO KEMPIN Als noot 20 van Uittreksel Dagrapporten gemeente politie Heemstede, pagina 126, memoreert Vic Klep het verslag van 5 januari 1984 van het RIOD en de Landelijk Officier van Justitie belast met met betrekking tot de activiteiten in Nederland van de SS-Obersturmführer Klaus Barbie, dat ir. H. van Tongeren genoemde persoon niet kan hebben herkend, omdat die in 1944 niet in Nederland is geweest.

Naar aanleiding van een telefonisch verzoek van Barbie dat in een sportkantine aan de Cruquiusweg op woensdag- en zaterdagavond Duitsvijandige bijeenkomsten zouden plaatsvinden, deed inspecteur B.Hagen onderzoek en berichtte hij niets te hebben vastgesteld dat hierop duiden.
In de publicatie “Het vierde Reich; het Barbie-dossier’, samengesteld door Magnus Linklater, Isabel Hilton en Neal Ascherson (Utrecht, Bruna, 1984) zijn de herinneringen van Charlotte van Tongeren, dochter van Hermannus van Tongeren, vastgelegd.
Citaat ‘(…) Çharlotte van Tongeren, nu in de tachtig, herinnert zich de man die haar vader de dood inzond nog goed. Generaal Hermannus van Tongeren, een KNIL-veteraan uit het toenmalige Nederlands-Indië, was een vrijmetselaar die een voorname plaats innam in zijn Loge; en Barbie’s afdeling had niet alleen het onderdrukken van de Nederlandse joden tot taak, maar was ook belast met het ontmantelen van “alle internationale organisaties”. Hiertoe behoorede vooral de geheime broederschap der vrijmetselaars met haar liberale tradities, een organisatie die al in Duitsland zelf door de SD op de korrel was genomen. Wat de Nederlandse vrijmetselaars in Barbie’s ogen nòg verderfelijker maakte, was het feit dat de Amsterdamse Loge enkele joodse leden telde. Generaal van Tongerens doen en laren werd vanaf het allereerste begin van de bezetting nauwlettend in het oog gehouden, en hij moest zich dagelijks bij de Duitse politie komen melden. Dat verhinderde van Tongeren echter niet een rol te spelen bij de eerste aanzet tot de vorming van een ondergrondse verzetsbeweging. Zijn andere dochter, Jacoba van Tongeren, fungeerde al spoedig als koerierster in de ondergrondse en zou zich ontwikkelen tot een vooraanstaande figuur in de verzetsgroep die bekend is geworden als de ‘Groep 2000″. Al in de herfst van 1940 werd de vrijmetselarij tot een verboden organisatie verklaard. De Loges van de Nederlandse Orde der Vrijmetselaars bleven geheime bijeenkomsten houden; en op tien oktober bereikte generaal van Tongeren een opgewonden telefoontje dat een eerste groepje vrijmetselaars, toen zij daar binnen stapten om een koffiebijeenkomst bij te wonen. Gen. van Tongeren trok er meteen op uit: hij wandelde naar het Leidseplein, ving onderweg andere broeders van zijn Loge op en stuurde hen naar huis. De volgende dag belden er drie officieren van de SD aan bij het appartement van de familie van Tongeren. Toen de generaal niet thuis bleek te zijn, duwden ze zijn dochter Charlotte hardhandig in een gereedstaande auto en snauwden haar roe dat ze moest zeggen waar hij naar toe was. “Naar de kapper”, antwoordde ze, niet in overeenstemming met de feiten. Hierop volgde een rondrit door het centrum van Amsterdam, totdat de SD’ers haar uitvluchten beu werden en haar terugreden naar huis. Daar hadden ze “geluk”: juist op dat moment arriveerde gen. van Tongeren zelf ook bij zijn huisdeur, zodat hij werd opgepakt. Een andere vrijmetselaar had echter gezin dat Charlotte werd ontvoerd en was de SD-auto in zijn eigen wagen op en veilige afstand blijven volgen. Later belde hij haar op en meldde haar dat hij drie mannen die haar vader hadden gearresteerd had herkend als Hauptscharführer (sergeant-major) Otto Kempin, Johan Peter Josef Kalb (een kunsthandelaar van gemengde Duits-Nederlandse afkomst) en Untersturmführer Klaus Barbie. De naaste verwanten van gen. Van Tongeren kregen verlof de generaal eens in de veertien dagen te bezoeken in de gevangenis, maar iedere bezoeker diende zich telkens vooraf te vervoegen bij het hoofdkwartier van de SIPO/SD om er een bezoekerspasje te halen. “Kempin en Kalb zaten altijd achter de inlichtingenbalie”, herinnert Charlotte zich. “Barbie zat wat verder naar achteren, aan een eigen kleine tafel met een radio erop, een toestel dat hij soms heel hard liet spelen. En hij debiteerde altijd geestigheden, waarom de twee anderen plichtmatig moesten lachen. Mijn vader waarschuwde ons allemaal voor hem. “Pas op voor Barbie!” zei hij. “Dat is de gemeenste en sluwste van het stelletje!” In maart 1951 gaf van Tongeren zijn dochters het nieuws door dat hij naar Duitsland zou worden gedeporteerd. Hij was al sterk vermagerd en rilde van koorts – hij leed aan een nieraandoening – toen hij in een onverwarmde goederenwagen werd overgebracht naar Sachsenhausen, even ten noorden van Berlijn. Voordat de trein de grens was gepasseerd zag hij kans een voor zijn familie bestemd briefje naar buiten te gooien: “Een laatste groet van vaderlandse bodem. Leven is hopen; en hoop doet leven. Jullie ouwe vader.” Lang hield hij het niet vol in het concentratiekamp. Na een appèl buiten, in de onbarmhartige Pruisische winter – een appèl dat volle dagen en nachten werd gerekt! – werd hij overgebracht naar de ziekenbarak, waar hij overleed, nog geen volle week na zijn aankomst in Sachsenhausen. Op 1 april 1941 werd Charlotte van Tongeren door Klaus Barbie per telefoon ontboden nar het hoofdkwartier van SIPO en SD. “Uw vader is overleden aan een infectie aan beide oren”, vertelde hij haar. “Hij is gecremeerd”. Een maand later meldde er zich een politieman bij haar appartement en overhandigde Charlotte een kleine, gedeukte metalen urn met as. Toch betekende dit voor de Duitsers niet een definitief punt achter het hoofdstuk van Tongeren”: als grootmeester van zijn Loge had hij het banktegoed van de Amsterdamse Vrijmetselaars van de rekening gehaald en weggeborgen voor toekomstig gebruik door de ontluikende verzetsbeweging. Het geld werd goed gebruikt, want er werd de ondergrondse krant VRIJ NEDERLAND mee gefinancierd; en in 1942 nam Jacoba van Tongeren een bedrag van zes ton op haar vaders ‘. nalatenschap’ om er wapens voor te kopen.’

Advertentie van Joseph Kalb die de oude kunst- en antiekzaak aan het Rokin 70 in 1942 overnam van de Joodse eigenaren vh. Jacob Stodel (De Waag, 17-12-1943). Voor een bedrag van ruim 41.000 gulden, zijnde minder dan een-derde van de werkelijke waarde. De firmanten Stodel hebben echter vanwege hun Joods-zijn niet over het geld kunnen beschikken.

In 1858 begon Benedictus Stodel in Dordrecht een antiekzaak. Zijn zoon Jacob begon in 1898 een antiekwinkel in Amsterdam in de Zanddwarsstraat 9. Later door Aäron Vecht en Jacob Stodel in de Nieuwe Hoogstraat 15 onder de naam Vecht & Co. Eerstgenoemde trouwde met Mary Stodel en onder de naam Jacob Stodel is verhuisd naar een pand Rokin 128, en in 1937 naar een groter pand Rokin 70. Onder Duitse bezetting moest de antiekzaak sluiten in 1941 en is deze overgenomen door Joseph Kalb. Bernard en Salomon Stodel overleefden de oorlog en na de bevrijding vond herstel plaats onder Salomon Stodel, tot 2007 ook met een zaak in Londen. Na diens overlijden in 1971 is de firma voortgezet door de vierde generatie Jacob en Stelly Stodel. Gespecialieerd in antiek uit de jaren 1580 tot circa 1820, voornamelijk Europees en Chinees porselein en aardewerk, meubilair, beelden, schilderijen, baromters en zilver. Onder de huidige naam Salomon Stodel is de antiek- en oude kunst zaak gevestigd aan de Nieuwe Spiegelgracht 11. Sinds 1982 is de bekende taxateur van oude kunst Joseph Estié als directeur aan de firma verbonden, (Bovenstaand artikel uit de Telegraaf van van 19 mei 1935)

Vervolg vaneen artikel over verhuizing van firma Jacob Stodel Rokin 128 naar nummer 70 door Kasper Niehaus in De Telegraaf van 19 mei 1937. Opgemerkt wordt nog dat vanwege de situatie tijdens WOII (roofkunst) de firmanaam Stodel veelvuldig voorkomt bij de Restitutiecommissie (voluit: Adviescommissie Restitutieverzoeken Cultuurgoederen en de Tweede Wereldoorlog) naar aanleiding van (terechte) claims van erfgenamen Stodel.

Dr. Johan Peter Josef Kalb, die o.a. als tolk bij de Gestapo werkte, is na de bevrijding gearresteerd en blijkens een bericht in het Financieele Dagblad is zijn vermogen door het Nederlandse Beheersinstituut verbeurd (Bovenstaande oproep uit het Algemeen Handelsblad van 15-11-1945)

De Duitser Otto Kempin, Hauptscharführer, was hoofd SIPO Abteilung B4 van Lages Aussenstelle in Amsterdam.De eis van de Bijzondere Strafkamer was 12jaar maar hij is in 1950 veroordeeld tot 10 jaar gevangenisstraf met aftrek van voorarrest. Reeds op 27 april 1951 [niet in 1953 zoals eerder werd verondersteld] is Kempin vrij gelaten en naar Neuburg in Duitsland teruggekeerd. (Het Parool, 8-4-1950)

Portret van Hauptscharführer Otto Kempin (* 1905 – ov.?), onder Sturmbannfuhrer Willy Lages (1901-1971) één van de leidende Duitse personen binnen de SD en Jodenvervolging, met hoofdkwartier gevestigd aan de Euterpestraat

Foto van het Duits personeel van de SD voor het hoofdwartier in de Euterpestraat Midden vooraan nummer 7 is Willy Lages en nummer 14
(helemaal rechts Otto Kempin (NIOD)

Rol Van Tongeren in verzet wellicht groter dan gedacht. Uit: Haarlems Dagblad, 3 mei 1983. Achteraf is uit NIOD-onderzoek gebleken dat de beruchte Klaus Barbie (1913-1991) van 1940 tot begin 1942 als SS-Obersturmführer werkzaam in Amsterdam, in 1983 na uitlevering door Bolivia aan Frankrijk in Lyon veroordeeld tot levenslang) na 1942 niet meer in Nederland is geweest en aldus niet betrokken was bij de arrestatie en dood van ir. Herman van Tongeren.Dit in tegenstelling tot de aanhouding en dood van diens vader generaal-majoor tit. der genie en grootmeester van de Vrijmetselarij Hermannus van Tongeren, op 11 oktober 1940 gearresteerd en 13 maart 1941 op transport gesteld naar kamp Sachsenhausen, waar hij 14 dagen later is overleden.

Graf van oorlogsslachtoffer Herman van Tongeren op de Algemene Begraafplaats in Heemstede met opschrift: ‘Leven is gevangenschap waarvan de dood bevrijding is’.
======================================================
DE CYCLOONUITVINDING VAN IR.H.VAN TONGEREN UIT 1927 WORDT NA MEER DAN 90 JAAR JAAR NOG WERELDWIJD VAN ENGELAND EN NOORWEGEN TOT SPANJE, EN VAN KOREA TOT ZUID AFRIKA EN IN DE VERENIGDE STATEN NOG ALRIJD IN VERBETERDE VORM GEPRODUCEERD EN GEDISTRIBUEERD
‘Van Tongeren Kennemer ontwerpt, fabriceert, levert en installeert complete productie systemen op basis van lucht, gassen en bulk producten. De toepassing van deze systemen vindt wereldwijd plaats in talloze industrieën, waarvan de voedingsmiddelen industrie en de petrochemische industrie belangrijke voorbeelden zijn. Het hart van onze systemen bestaat uit de volgende apparatuur, welke door ons binnen de groep worden ontworpen en gefabriceerd: VAN TONGEREN cyclonen, Kennemer centrifugaal ventilatoren, Kennemer blowers, Spaans schroeftransporteur mengers en VAN TONGEREN filters.
Van Tongeren Kennemer werd in 1883 opgericht door Martinus Witkamp. Gedurende de eerste jaren produceerde men fietsen. Later kwamen hier auro’s en motorfietsen bij. In de jaren ’20 van de vorige eeuw specialiseerde men zich als machinefabriek in de productie van ventilatoren. Onder de naam Kennemer Luchtbehandeling ontstond in de jaren ’40 een nauwe samenwerking met het ingenieursbureau Van Tongeren.

In 1939 ging ir. H.van der Kolk van ingenieursbureau van Tongeren in Heemstede over naar machinefabriek Kennemer in Beverwijk. (ts. De Ingenieur, 7-7-1939)
In 1991 fuseerden Kennemer Luchtbehandeling en het ingenieursbureau Van Tongeren. Op die manier ontstond Van Tongeren Kennemer BV en kwamen engineering en productie onder één dak. In 1994 verhuisde de onderneming naar een modern bedrijfsgebouw. Bij Van Tongeren Kennemer komen moderne toerusting, up-to-date vakkennis en de meer dan 110 jaar engineering- en productie-ervaring samen in één onderneming. Van Tongeren Kennemer.

Van Tongeren International Limited is situated in Van Tongeren House, High Street, Godalming, UK, design and make cyclones in a wide variety of applications and processes.
Van Tongeren Multi-Cell Cyclones: The Original company in Godalming, Surrrey, was formed in 1971 as Van Tongeren (UK) Limited, a subsidiary of Van Tongeren Holland to provide direct Van Tongeren technology to the United Kingdom. Ir. van Tongeren first started in Holland in 1927 introducing as greatly improved type of cyclone far superior in efficiency to the generally available designs at that rime. Over the years Van Tongeren technology became acknowledged throughout the Industrial world as a lewading authority on cyclone design and many current designs are freely based on the Original Van Tongeren concept. Due to changes in the structure of Bureau Van Tongeren in Holland in the early 1970’s Van Tongeren (UK) Limited deeply became involved in the international market worldwide and was responsible for the further development and exploitation of Van Tongeren technology including the updating of Original data. In 1983 the name of Van Tongeren (UK) Limited was changed to Van Tongeren International Limited to acknowledge the truly international trading of the British Company. Further changes in the Bureau Van Tongeren organisation at the end of 1986 resulted in the acquisition of 75 percent of the shareholding by British shareholders and directors early in 1987 and the following year 1988 the remainder of the shares were acquired by the Brirish shareholders. Since Van Tongeren International has been a wholly owned British Company and a natural successor to the Original Bureau Van Tongeren maintaining and developing cyclone technology and the application of cyclones to very high standards required for current processes’.

Highly efficiency cyclone separation for air pollution contol as originally invented – developed by Stork – by ir. Herman Tongeren in 1927.
For history see: http://www.van-tongeren.com/history1.htm

Partner of the firm ONGIC in Seoul, South Korea, is Van Tongeren Design making cyclones in a wide variety of forms for a wide variety of applications and processes. All theit cyclones are of a highly efficient design.

Van Tongeren cyclones supplied by kentech and designed by Van Tongeren are individually constructed taking into account all operating variables and data compiled over 80 years of succesful plant installations. Beyond using programs for primary and secondary FCC cyclones, Van Tongeren also design 3rd. stage cyclone separators for Regenerator gas cleaning and power recovery prior to power recovery gas turbines aimed at reducing expensive loses and meeting air pollution requirements. Voorbeeld van een Van Tongeren High Efficiency Cyclone vervaardigd door Kentech in Johsnnesburg, Zuid-Afrika.

Van Tongeren High Efficiency Multicyclone, vervaardigd door Kendech in Germiston, Gauteng, (Zuid-Afrika) ten behoeve van de voedingsindustrie.
Kentech: ‘Van Tongeren cyclone separator as a result of contued research since the formation of van Tongeren in 1927 and over 50 years experience since the first installation of fluished FCC cyclones provide proof of their ability to meet the gas cleaning needs of the petrochemical industry.’

Gebruikte Van Tongeren regenerator cycloon, zoals aangeboden door Aaron Equipment Company, Atlanta, USA
Buell in New York was de firma die in het verleden de cycloon-uitvinding in de USA in productie had. Zie: http://hvantongeren.nl/buellbrochure.pdf

Een nieuwe cycloon ofwel stofvanger. zoals hedentendage vervaardigd door Van Tongeren International Limited en Qualfab vCyclone Systems.

Van 7-9 november 2006 vond in San Antonio, Texas, USA een internationaal congres plaats over cyclonen, bijgewoond door bijna 1.000 deelnemers, waar o.a. de uitvinding van Herman van Tongeren, in de V.S.v erder ontwikkeld door de firma Buell, als thema op het progamma stond.
Post Scriptum: Martien Brouwer (1920-2005) 30 augustus 2005 overleed in Haarlem Martinus Jacobus Brouwer, die een veelzijdige rol binnen het Haarlemse stadsleven speelde. Hij documenteerde op latere leeftijd zijn leven en zijn privéarchief is terecht gekomen in het Noord-Hollands Archief.
In maart 1937 is Martien Brouwer via het Gemeentelijk Arbeidsbureau bij Docufilm/Aerodyne in dienst genomen voor ƒ 4,- per week in het bedrijf van Aerodyne. Dit laboratorium voor de bestrijding van luchtverontreiniging was gevestigd aan de Johannes Verhulstlaan 32/34 te Heemstede, tevens het woonhuis van de directeur ir. Herman van Tongeren. Hij analyseerde daar stofmonsters door middel van een zongenaamde windstifter en fungeerde ook als loopjongen voor boodschappen en klusjes. Ook het snijden (opnemen) van grammofoonplaten, het maken van Technische films en in de oorlog het kopiëren van illegale lectuur en foto’s behoorde tot zijn werk. In de oorlog maakte en verkocht hij zgn. ‘moffenzeven’: raamantennes die op de radio werden aangesloten, en die door draaiing de Duitse stoorzender wat minder hoorbaar maakten. In 1944 redigeerde hij zijn illegale nieuwsbulletin ‘Aeter Nieuws’ en is hij vervolgens in zijn eigen woning ondergedoken. De moord op zijn directeur, H.van Tongeren, in september 1944 heeft Martien Brouwer gesterkt in zijn illegale werk. Als gevolg van de dood van Van Tongeren stopte het werk en volgde ontslag voor het gehele personeel. Na de bevrijding is Brouwer nog tot omstreeks 1966 bij Aerodyne modelmaker geweest van instrumenten voor proeven betreffende luchtverontreiniging. Toen hij midden jaren zestig zag dat het bedrijf achteruit ging, besloot hij een andere werkkring te zoeken. In 1967 werd hij suppoost in het Frans Halsmuseum en verrichtte hier ook technische werkzaamheden en kreeg het beheer over het depot.
Archivalia en literatuur: – Archiefmap Van Tongeren,in archiefdoos 588 in Heemstede-collectie van het Noord-Hollands Archief Haarlem, locatie Kleine Houtweg. – Uittreksel dagrapporten gemeentepolitie Heemstede 1939-1945, samengesteld door V.C.Klep, tweede herziene uitgave, juni 1996.Bijlage G: Dramatische afloop van huiszoeking, de dood van Hermannus van Tongeren, p. 175–178. Zie ook p. 103 [7 september 1944], 126 [noot 20] en 152 [inhoud bijlagen]. – Harm Ede Botje. Juffrouw 2000 Jacoba van Tongeren, vergeten verzetsvrouw. In: Vrij Nederland, 21 maart 2015, p.56-63. – Jan de Roos, 2 artikelen over Herman van Tongeren, in: Haarlems Dagblad van 3 mei en 4 mei, 1983. – A.G.van der Steur: Necrologie Martinus Jacobus Brouwer 6 januari 1920 – 30 augustus 2005. In: Jaarboek Haerlem 2005. 2006, blz. 219-224. – J.J. (Jacoba) van Tongeren. Beknopt historisch verslag van de werkzaamheden van Groep 2000. 1945-1946. [Aanwezig in 6 bibliotheken, o.a. Universiteitsbibliotheek Amsterdam en Heemstede-collectie van het Noord-Hollands Archief te Haarlem, locatie Kleine Houtweg. – Paul van Tongeren. Jacoba van Tongeren en de onbekende verzetshelden van Groep 2000. Uitgeverij Aspekt, 2015. – Jan Verspoor. 1940-1945: Over verzet gesproken: Herinnering aan Ir. Hermannus van Tongeren. In: Nieuwsbrief nummer 66 van Oud-Heemstede-Bennebroek, november 1990, p. 16-19. – Jan van der Male: 20e- eeuws Haarlem door de ogen van Martien Brouwer (1920-2005). In: NHA Uitgelicht, december 2013, nummer 18, blz. 18-25. De inventaris is te bekijken via de website van het Noord-Hollands Archief, met toegangsnummer 3910, en te raadplegen op de locatie Jansstraat.

In 1948 is een erelijst van Heemsteeds oorlogsslachtoffers samengesteld met45 namen. Deze zijn ook gegraveerd op een metalen plaat aan de voet van het door Mari Andriessen vervaardigde oorlogsmonument inclusief de naam van H.van Tongeren.

Vooromslag van op 21 maart 2015 te verschijnen boek over Jacob van Tongeren en de verzetsGroep 2000 (1940-1945).

21 maart 2015 presenteerde Job Cohen, voorzitter Amsterdams 4 en 5 Comité het eerste exemplaar van ‘Jacoba van Tongeren’ aan burgemeester Eberhard van der Laan in aanwezigheid van ruim 300 personen in de Rode Hoed te Amsterdam.

Na een lezing op 21 maart van mw. Marjan Schwegman, directeur van het NIOD, benadrukte burgemeester van der Laan dat dankzij de Groep 2000 zo’n 4.500 onderduikers (Joden, verzetsmensen, personen die voor de Duitse Arbeidsdienst waren opgeroepen e.d.) de oorlogsperiode konden overleven.
=====================================================

Generaal-majoor der genie KNIL Hermannus van Tongeren, vader van ir. Herman van Tongeren (foto Jet Goldstein).
Onder het kopje ‘Misplaatste wreedheid’ schreef A.F.L.Fabel in het hoofdstuk ‘De Nederlandse Vrijmetselarij en de Duitsers [in: ‘Onderdrukking en Verzet: Nederland in oorlogstijd, deel 2, pagina 497]: ‘Het misdadige bedrijf der Duitsers tegenover de Nederlandse vrijmetselarij vond zijn slot in het tragisch gebeuren met haar Grootmeester H.van Tongeren, generaal-majoor der genie KNIL b.d. In October 1940 werd hij gevangen genomen, zonder dat ook met maar met een enkel woord werd medegedeeld (en ook later niet) waarvan hij verdacht of beschuldigd werd. In Maart 1941, na zes maanden in de gevangenis te Amsterdam te hebben doorgebracht, werd hij naar het concentratiekamp Sachsenhausen bij Berlijn overgebracht, waar hij op 19 Maart 1941 overleed. Voor hen, die deze krachtige en vitale man hebben gekend, staat het vast, dat zijn dood vermeld dient te worden op het lange zondenregister der Duitsers. Een Duitse SS-man, wijzend op het gevangenentransport waarmede Van Tongeren werd weggevoerd, zei”: “die gaan allen naar de gasbunker”. Van zijn overlijden werd op ruwe, harde wijze kennis gegeven aan zijn vrouw en kinderen. Een verdienstelijk Nederlander, wiens borst het ridderkruis der Militaire Willemsorde sierde, een gaaf mens is, nadat hem de door de familie toegezonden geneesmiddelen door de Duitsers welbewust waren onthouden, gevallen als slachtoffer van Teutoonse terreur, In de herinnering van tallozen zal deze edele mens blijven voortleven: le souvenir est un cimitière où les morts restent debout.’

Hermannus van Tongeren (1876-1941) in het uniform van grootmeester van de Nederlandse Orde van Vrijmetselaren
A. de Vletter, rector van het Kennemer Lyceum en auteur van de autobiografie: ‘Van eerzaam schoolleider tot gevangenisboek (1946) schreef op pagina 40 ‘ (…) Men las den eerbiedwaardigen generaal Van Tongeren het ziek-zijn van het gezicht; toch hebben de Gestapo-ellendelingen hem vòòr zijn wegvoering naar Duitsland maanden lang in een der donkerste cellen gehouden en hem op de gemeenste wijze “verhoord” over de meest dwaze beschuldigingen. Hij stierf, zoals gezegd in Sachsenhausen op 64-jarige leeftijd.’ Voorts op pagina 235 ‘(…) Wanhopig was het te horen van de moord op den zoon van wijlen generaal Van Tongeren, den hoogstaanden, beminnelijken lotgenoot van het huis van Bewaring in 1940 en van de leegplundering van het huis van het jonge gezin door de gemene dieven en rovers van het Derde Rijk.’

Vooromslag van ‘Beschouwingen over het geestelijk wezen der Vrijmetselarij’; door H.,van Tongeren (grootmeester). 1936

Wrange herinnering aan het onvrijwillig verblijf van Hermannus van Tongeren in het Huis van Bewaring aan het Kleine Gartmanplantsoen in Amsterdam.

Ben van Tongeren (1934-2013) was architect van beroep en verder o.a. gemeenteraadslid in Heemstede en voorzitter van de historische Vereniging Heemstede-Bennebroek. Op bovenstaande foto overhandigt hij symbolisch als voorzitter van de ‘Vrienden van de Cruquius’ een cheque van ƒ 25.000,- aan ir. Aad Klomp, voorzitter van stichting de Cruquius.
Voor In Memoriam Ben van Tongeren:
https://ilibrariana.wordpress.com/2013/04/12/in-memoriam-ben-van-tongeren/

Paul van Tongeren (geboren op 21 april 1942 te Heemstede) op 21 maart 2015 tijdens presentatie van boek over Jacoba van Tongeren, samengesteld met Trudy Admiraal, in de Rode Hoed. Hij werkte hij op het gebied van vredesopbouw en conflictpreventie. Was van 1974 tot 1997 beleidsmedewerker van NCO; van 1997-2003 stichter en directeur van het European Centre for Conflict Prevention ( ECCP) en van 2003-2010 secretaris-generaal van het Global Partnership for the Prevention of Armed Conflict (GPPAC)
Hans Krol
Advertentie Van Tongeren Group uit Haarlems Dagblad van 11 juni 2016
Van Tongeren House, Godalming, Surrey / sinds 2016 ook met een vestiging in Lebanon, USA
Van Tongeren International Ltd. England, Godalming, Surrey

Van Tongeren Cyclonen voor de gaswinning, geproduceerd door Dawcul Ltd, Reading, Berkshire, United Kingdom

Bijlage: VAN VAN TONGEREN-KENNEMER BV NAAR VTK SICCADANIA IN 2019
Van Tongeren Kennemer VTK in Beverwijk is in 1991 opgericht met een oorsprong in 1893. In 1991 ontstond een fusie van Kennemer Machinefabriek en ingenieursbureau Van Tongeren. In 2004 werd een belangrijk onderdeel van Spaans Bulk Handling Systems (specialist in schroeftransport) aan het bedrijf toegevoegd. VTK is bekend van haar flitsdrogers, cyclonen, schroeftranporteurs, luchtventilatoren en blowers.
Helaas is in 2019 het faillissement van de firma uitgesproken. Echter, reeds op 29 augustus 2019 nam de SiccaDania Group de activiteiten van Van Tongeren-Kennemer BV (VTK) in Beverwijk over. Bekend werd gemaakt: VTK voegt aan het portfolio van SiccaDania onder meer geavanceerde glutendrogers toe. Met de overname komt ook een groot deel van het personeelsbestand van VTK mee’
.
Pingback: IN MEMORIAM BEN VAN TONGEREN | Librariana
Een bijzonder mens
In het dagboek van mijn moeder, Joke Beelen (1927-2003), komt dit verhaal samen met een ander verhaal uit de Tweede Wereldoorlog, namelijk het laten ontploffen van de V1 aan de Kerklaan (Duitse bommenwerper verliest V1 boven Heemstede). Ik heb daar op 16 maart 2016 al een passage uit het dagboek van mijn moeder in een reactie gegeven. En onlangs heb ik in haar dagboek op 25 december 1944 de volgende passage gevonden:
“Vanmiddag …. [is] Ineke hier geweest. Ze krijgen ’n huis, n.l. het huis van Ir. Van Tongeren, die onlangs in Den Hout is dood geschoten, omdat hij ’n radio in huis had. Het huis is op de Herfstlaan, bij het eindpunt van de tram.”
Ineke is Ineke Kramer (1927-2016), klasgenoot van mijn moeder. Het gezin Kramer was op 15 november 1944 hun huis aan de Kerklaan kwijtgeraakt door de ontploffing van de V1 en nu kregen ze het huis van ir. Van Tongeren toegewezen. De een zijn dood……