Tags
Alverna, ijskelder Boekenrode, J.N.van Eys, pieter de Groot, Zendingsfeesten, zusters van Alverna
EIGENAREN VAN DE HOFSTEDE BOEKENRODE (circa 1580 tot 1924:; sindsdien Alverna)
De hofstede Boekenrode, sinds 1924 vestiging van zusterklooster Alverna, lag vanouds op de grens van Heemstede en Bloemendaal (in Aardenhout = Andere hout), vandaar dat oude transportakten, zoals dat tevens gold voor de zuidelijker gelegen buitenplaatsen (Achter-)Koekoek, Leyduin, Woestduin en Croesbeek, zijn ondertekend door schout en schepenen Tetterode, Aelbrechtsberg en de Vogelensangh, maar mede door de vroedschap van Heemstede.
Eind 16e eeuw (1580) waren de terreinen – als achterplaats van het slot Berkenrode eigendom van de Haarlemse familie van Berkenrode die verwant aan het Leidse geslacht Thorenvliet ook bezit hadden van het gebied, later de Hartekamp genoemd. Van 1305 tot 1646 waren de Berkenrode’s eigenaar van het in 1284 gestichte Berkenrode, officieel vanaf 1466 ambachtsheer- of –vrouw. De naam ‘Boekenrode’ is weliswaar pas van latere datum (circa 1620); het tot landerijen maken van de oorspronkelijk beboste grond is een verdienste geweest van de laatste telgen van het Hollandse gravenhuis, die hiertoe hun goedkeuring hechtten. In twee charters van 14 oktober en 17 december 1585 worden de gronden [van het latere Boekenrode] overgedragen aan de onmondige kinderen van Sybrant Hendriksz. Van Berkenrode, weduwnaar van Machteld van Huessen, namelijk een stuk stuk land ‘groot omtrent 15 morgen en een half met de huizinge daarop staande onder den anderen Hout in de banne van Vogelensangh’.

Bijbelvoorstelling met Christus voor Pontius Pilatus op een laatmiddeleeuws ongesigneerd paneel. Boven links moet het stadhuis van Haarlem verbeelden en daarnaast het poortgebouw op de Grote Markt, het huis van de familie van Berckenrode (Rotterdam, Museum Boijmans)
Bosontginning en tot 1662 Haarlemse eigenaren
Volgens akten uit 1589 en 1596 stonden hier veel boeken- of beukenbomen en was het gebied in bezit van de Haarlemse burgemeester mr.Philips van der Mate, de bierbrouwer Barent Wiggers Kousebant en grondeigenaar Jan Gijsbrechtsz. Crabbemors, allemaal Haarlemmers, terwijl Cornelia Jacobsdr. van Huessen, echtgenote van Crabbemors de hofstede bezat, zoals tevens vastgelegd op een kaart uit 1599
Kort voor 21 februari 1620 is mw. Van Huessen kinderloos overleden en werd Outgert Pietersz., oud-schepen van Haarlem de nieuwe eigenaar en is nu voor het eerst formeel ‘Boekenrode’ als naam van de hofstede genoemd. Hij breidde het grondgebied in 1625 uit en verfraaide de hofstede tot een herenhuis.

gravure van jonkheer mr.Pieter Cornets de Groot van Kraayenburg Pieter de Groot. Uit; Levensschets van mr.Pieter de Groot. ”s-Gravenhage, Gebroeders Belinfante, 1847.

Pieter de Groot: Op mijn verjaardag. (Ons Bloemendaal, nummer , jaargang 36, najaar 2012, pagina 2).
Met als lastgevers Willem Stilten en diens vrouw Duyfke Outgert Pietersz. Is bij de verkoop in 1662 aan Pieter de Groot (1615-1678) sprake van ‘een nieuw wel betimmerd huys ende stallinge met het wagenhuys, mitsgaders vijver, boomgaerd, mantelingh ende een partij wei- en hooiland samen groot 16 morgen 585 roeden.’ (1). De koopprijs bedroeg ƒ 24.000,-. De nieuwe eigenaar, een zoon van de beroemde rechtsgeleerde Hugo de Groot, bijgenaamd het ‘Orakel van Delft’ was o.a diplomaat, gezant van de Staten van Holland naar Zweden en Frankrijk, bewindhebber van de V.O.C. en regent: een aantal jaren pensionaris van Amsterdam (1660-1667) en later in Rotterdam 1670-1672). Hij vergrootte nog het bezit met gronden van de erven van zeekapitein Jan Jacobszoon de Jongh en verbleef gedurende de zomermaanden zoveel mogelijk op Boekenrode, waar hij 2 juni 1678 is overleden, vervolgens zoals eerder zijn vader in Delft begraven. Toen de Leidse vaart in 1657 werd gegraven liet hij op zijn terrein een particuliere (voor)laan aanleggen om via een poort in de tuinmuur vanuit het huis een steiger in de Leidsevaart te bereiken.
Voor een bijdrage over de Laan van Boekenrode/ Laantje van Alverna, zie: https://ilibrariana.wordpress.com//?s=Laantje+van+Alverna&search=Gaan
In 1673 verzocht De Groot aan de ambachtsheer van Brederode om het gebied van Boekenrode tot Groot Bentveld via de duinmeier te mogen ontdoen van konijnen, vanwege de schade die deze aanbrengen. Bij de aanvaarding van zijn ambt als pensionaris van Rotterdam vervaardigde de dichter J.Oudaan een vers onder de wijdlopige titel: ‘Geluk en zegen aan den roemruchtigen, hoog-achtbren Heere Mr.Pieter de Groot, op zijn Ed. pensionarisschap der stad Rotterdam, in 1670 als plano uitgegeven bij Joannes Naeranus. De prins onzer dichter Joost van den Vondel schreef het volgende grafschrift van Pieter de Groot:
‘Geen groote Zoon quam ooit den grooten Hugo nader,
Noch deelde dieper in het lot van zijnen vader,
Dan dees, die zich zo trou voor Staat en vryheit queet;
Een overwinner van zijn ongelijk en leedt.
Gevlucht, gekeert, beticht, maar loflyk vry gesproken;
En hier ’t vervolg des haats gerust in ’t graf ontdoken.’ (2)
Na zijn dood heeft de tweede echtgenote (tevens nicht) Alida de Groot Boekenrode nog enige jaren aangehouden voor de minderjarige kinderen uit diens eerste huwelijk, maar op 7 december1683 is Boekenrode door mr. Jacob de Groot en de testamentaire voogd Johan van Sorgen (advocaat aan het Hof van Holland) voor de nog minderjarige zonen als mede-erfgenamen verkocht aan mr. Diederik Dikx (1650-1719), raad, schepen en burgemeester van Haarlem, gedeputeerde in de Staten-Generaal en bewindhebber van de Verenigde Oost-Indische Compagnie voor de som van ƒ 29.000,-. Met inbegrip van ‘behangsels, beelden, tuingereedschap, het hooi en eenige tafels’. Een buitenplaats, 27 morgen groot, die ‘huizinge, stallen, koets- en boerenhuis, boomgaarden, bossen en plantagien’ omvatte. In 1686 is vergunning verleend voor de aanleg van een vinkenbaan die in 1702 nog niet tot stand was gekomen. In 1709 verwierf hij de vinkenbaan van Johan de Jongh die achter de Aerdenhoutslaan was gelegen. In het jaar 1684 is met toestemming van de heren van Brederode ‘een bemanteling van boomen ten westen van zijn landgoed.’, welke tot de beschutting tegen zeewinden en zandverstuiving heeft meegewerkt. Als oud-burgemeester is Dikx in 1708 benoemd tot baljuw van Kennemerland, waartoe hij de beschikking kreeg over een kamer op het Prinsenhof. Na zijn overlijden hebben de kinderen, van wie er in 1719 nog 1 zoon en 3 dochters in leven waren, Boekenrode nog bijna 15 jaar in bezit gehouden. In 1724 heeft men een vergeefse poging ondernomen het landgoed te verkopen.

Van Diderik Dikx is geen portret overgeleverd. Bovenstaande adbeelding toont zijn wapen met daaronder een gekalligrafeerde ‘Segen-Wens’ voor het jaar 1700 door J.Kasteel. Dikx (1650-1719) kwam in 1682 als opvolger van zijn vader Ysbrand in de vroedschap van Haarlem, werd vervolgens enkele malen schepen en in 1692 voor het eerst burgemeester. Hij overleed in september 1719, kort na het begin van zijn 15de burgemeesterschap In 1683 was hij door aankoop eigenaar geworden van Boekenrode.
Pas in 1734 is uiteindelijk door de erfgenamen van Dikx de hofstede voor ƒ 30.000 getransporteerd aan Gillis van Bempden (Bempten) (1697-1748) – alias ‘de kruk’ genoemd (3). Vanwege zijn lamme benen en zwaarlijvigheid moest hij door 2 bodes worden gesleept.
Gillis van Bempten, was raad en oud-schepen, later burgemeester, van de stad Amsterdam, die tevens het kleinere (Achter)Koekkoek aankocht van Jan van Loon voor ƒ 7.600,-. Hij kocht er nabijgelegen boerderijen bij en bracht nieuwe betimmeringen aan. De man was schatrijk en had in 1742 10 dienstboden tot zijn beschikking, bezat een koets met 4 paarden en zijn jaarinkomen werd geschat op tussen de ƒ 18.000,- en ƒ 20.000,-. Hij liet zijn vrouw Lady Catherine Grey een vermogen van 200.000 gulden na, maar kort hierna is zijzelf overleden. In 1685 had de vorige eigenaar Diederik Dikx aan het Hoogheemraadschap van Rijnland gevraagd de oude brug over de Houtvaart te verlagen, omdat de karossen met moeite daaroverheen kwamen. Het was pas Gillis van Bempden die de brug helemaal liet vernieuwen (4). Aan de Haarlemse schapenhouder Abraham Buyssant, die in 1722 diverse duingronden van de Brederode’s had gekocht en Friese met Texelse schapen kruiste om een betere wol te verkrijgen die zou kunnen concurreren met de Spaanse wol, gaf Van den Bempden toestemming om gronden in zijn eigendom voor de schapen te huren onder de bedinging dat de dieren geen schade zouden toebrengen aan de aldaar aanwezige bomen. Boekenrode omvatte intussen al 36 morgen oppervlak, maar zou aan het einde van de 18e eeuw onder Jan Nicolaas van Eys nog aanzienlijk uitgroeien tot een complex van bijna 200 morgen (circa 170 hectaren) door na eerder de Achterkoekoek samenvoeging met Klein-Bentveld, Oosterduin en enige kleinere percelen.

Portret door J.M.Quinckhard uit 1741, vermoedelijk Gilles van den Bempden voorstellende (RKD iconografisch bureau)
Boekenrode is na zijn overlijden vermaakt aan zijn moeder Esther Elizabeth Tulp, weduwe van de in 1722 gestorven Jan van Bempten. Haar jaarinkomen werd geraamd op tussen de ƒ 9.000,- en ƒ 10.000,-. Eerder had zij al Knapenburg nabij Berkenrode geërd, welke hofstede zij in 1735 van de hand deed. De weduwe Tulp liet in 1747 op Boekenrode allerlei verfraaiingen aanbrengen aan de grote stal met fraaie voor- en achtergevel in Renaissance-stijl en gaf opdracht de nog bestaande koepel te bouwen.
Verder liet zij een nieuwe, nog bestaande, boerderij bouwen aan de Viersprong en kocht voor ƒ 315,- de kleine huisjes ten westen van Bosch- en Landzicht. Als tuinman had zij Dirk Quakernaat (Kwakernaat) in dienst die als zodanig ook op zowel Berkenrode als Oud-Berkenroede werkte, korte tijd omstreeks 1735 schepen was en met een bijbaan als gerechtsbode van Berkenrode fungeerde. Hij liet met vergunning een ‘plantsoen’ maken langs de Leidsevaart, de grens van Boekenrode. De eigenares stierf in 1769.

Sitering van Boekenrode op een kaart van landmeter Melchior Bolstra uit 1746 (naar 1687) (Hoogheemraadschap van Rijnland)
In 1770 is Boekenrode c.a. door de erfgenamen van Esther Elisabeth Tulp, weduwe van Jan van den Bempten, verkocht aan Jonas (Johannes) Witsen voor ƒ 55.000,-.
Deze telg uit het geslacht van Amsterdamse kooplieden en magistraten was sinds 1765 pronotarius (commissaris over de notarissen) en getrouwd met Anna Maria van Marselis, wier vader Jan van Marselis, een vermogende Levanthandelaar, het huis te Vogelenzang en later ook Teylingerbosch bezat. Op 14 juli 1778 heeft hij zijn zomerverblijf door de aankoop van het nog bestaande oude jachthuis de Koekoek, waarbij ook de Koekoeksduinen, samen 55 morgen weilanden en duingrond, alles voor ƒ 7.600,-. Johannes Witsen overleed in 1788 toen zijn echtgenote al was gestorven.
=========================================intermezzo================
BESCHRIJVING VAN BOEKENRODE DOOR H.NUMAN, 1794: ‘Is gelegen in den Aarden Hout, onder het Rechtsgebied van Volgelzang, en van ouds, zelfs reeds in den jaare 1596, bekend geweest onder dien naam; waarschijnlijk door dien haare toenmalige voortbrengselen, meest al bestonden uit Boeken- of Beuken Bosschen; doch is door haare bijzondere eigenaars tekens veranderd en vergroot, waar aan de Heer Gillis van den Bempden, Burgemeester der Stad Amsterdam, die in den jaare 1734 bezitter deze Plaats werdt, door nieuwe vertimmeringen, aankoop van Boerderij- en Landerijen, veel toegebragt heeft; hoewel de tegenwoordige bezitter, de heer Jan Nicolaas van Eijs, Bewindhebber der Oost-Indische Compagnie, die, na het overlijden van Jonas Witzen, Raad der Stad Amsterdam, in de jaare 1789, bij openbaaren aankoop bezitter werdt, wel het meeste aanzien en vergrooting aan Boekenrode bezorgd heeft, door het verfraaijen der wooningen, het veranderen van het oude, stijve en regelmaatige der laanen in kronkelende wandelwegen, die telkens, langs heuvelachtige gronden, den wandelaar, ongemerkt, op aanzienlijke hoogten brengen, van waar men de schoonste veldgezichten ontdekt; (’t welk men, uit de nevengaande afbeelding van eene dier uitzichten, eenigszins kan beoordeelen) als mede door het aanleggen van Engelsche partijen, met fraaije waterkommen en beeken doorsneden, welke haaren toevloed, uit een beek, die derzelver orsprong in de Duinen heeft, ontfangen; daarenboven heeft deze bezitter, door aankoop van Boerderij en menigte van Bouw- en Weijlanden, de Plaats zodanig vergroot, dat dezelve thands op 200 morgen Lands in haare uitgestrektheid, kan gerekend worden: zo dat men, met recht, Boekenrode in den rang der aanzienlijkste Lustplaatsen stellen kan.’
=================================================================
Uitsnede kaart van D.Engelman uit 1794. F = Boekenrode, 22 is R.C.kerk Berkenrode, 23 = Knapenburg, 24 = Groot Berkenrode, 25 = Westerduin, 28 = herberg de Laatste Stuiver. Vanaf Boekenrode loopt een recht pad naar de Leidse trekvaart op particulier terrein van de eigenaar. Rechts daarvan is de Aerdenhoutslaan ingetekend (Zandvoortselaan) met vermelding van tolhek.
In 1789 transporteerde de executeur testamentaire mr. Pieter Clifford en namens de erfgenamen, twee minderjarige dochtertjes, van Joanis Witsen Boekenrode en de Koekkoek + 16 morgen duinen voor in totaal ƒ 50.525,- aan koopman en magistraat Jan Nicolaas van Eys (1743-1818). Te weten: ƒ 42.000,- voor Boekenrode, ƒ 4.900,- voor Koekkoek en ƒ 3.625,- voor de duinen. Hij was o.a. Levanthandelaar, bewindhebber van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), kamer Amsterdam, en als grootgrondbezitter komen we hem meermaals tegen in Bloemendaal en Heemstede (Duin en Vaart, herberg Oud Rome, Lanckhorst, oosterduin, Klein-Bentveld). In de Bollenstreek bezat hij hofstede ‘Beeresteyn’ onder Sassenheim en Voorhout. Van Eys verfraaide de woning en het park van een geometrische in landschappelijke aanleg met kronkelsloot in het bos en slingerpaden en bij het huis en asymmetrische vijver. waarvoor hij tuinarchitect J.G.Michael (1730-1800) inschakelde (5), die ook werkte op Elswout, Oosterduin, Wildhoef en het Paviljoen in de Haarlemmerhout. Boekenrode was met circa 200 morgen intussen ongeveer even groot als de bekende buitenplaats Elswout. Tevens deed Van Eys veel gedaan voor duinontginning en aan bevordering van de landbouw en veeteelt. In 1803 schreef David van Lennep, die Mariënduin had verkocht, over allerlei ontginningsexperimenten die gaande waren: ‘Mijn buurman van Eys van Boekenrode heeft grote valleien in de duinen met zwarte aarde bedekt en daar rundervee en paarden laten weiden’. Verder vertelt hij dat in duindellen niet slechts aardappelen, maar ook rogge, haver, papaver en wouw worden verbouwd. In 1789 is ook een nieuwe vinkenbaan aangelegd die oost-westelijk lag. Tot begin 18e eeuw waren de Brederode’s de verreweg grootste grondeigenaar in Bloemendaal. Tijdens de Franse Tijd was Van Eys met Borski (van Elswout) de grootste in Bloemendaal, gevolgd door Kops, Van Lennep (ook Heemstede) en Barnaart (Vogelenzang, Zandvoort). Van Eys is, weduwnaar sinds 1808, in 1818 kinderloos op Boekenrode overleden en vond een boedelscheiding plaats. Met als gevolg dat het grote Aerdenhoutse grondbezit van Boekenrode weer uiteenvalt in steeds kleiner wordende percelen.
Van Eys liet zijn Aerdenhoutse bezittingen, groot 571 bunder en geraamd op ƒ 105.000,- na aan de 14-jarige Jacobus Abraham van Lennep, enige zoon uit het eerste huwelijk van Pieter van Lennep en Anna Hoffmann, die een stiefkleindochter van van Eys was.
Vader Pieter van Lennep betrok met zijn gezin van 1 zoon en zes dochters Boekenrode tot de meerderjarigheid van de eigenlijke erfgenaam Jacobus Abraham. In 1836 maakte universeel erfgenaam Jacob Abraham van Lennep te Kleef zijn testament op ten gunste van zijn toen zes nog minderjarige dochters.

De stoomtrein Haarlem-Leiden vice versa passeert de weilanden nabij Boekenrode. Gravure van J.C.Greive uit circa 1865
In deze periode is in 1842 de spoorlijn Haarlem – Leiden aangelegd, overeenkomstig een traject ontworpen door ir. Conrad. Benoorden Haarlem een bocht met een straal van 500 meter dan een recht stuk van 6,2 kilometer, de westzijde van de Leidse trekvaart volgend langs de buitengoederen Boekenrode, Leiduin (53 ha. met 2 herenhuizen, waterval enz., toebehorende aan mr.H.A.van Lennep te Amsterdam) , Woestduin, Kroesbeek . Door een weiland van Boekenrode (destijds een oppervlak beslaand van 294 hectare) behorende aan de kinderen van Jacob Adriaan van Lennep Pzn. en Anna Willink.

Omstreeks 1840 vervaardigde P.J.Lutgers een litho van Boekenrode. Links het herenhuis en rechts is het theehuis afgebeeld
Bij zijn dood in 1869 waren deze intussen allen gehuwd. De taxatie van de talrijke bezittingen waren voor Koekoeksduinen met Koekoek, 31 hectare, ƒ 16.000,-, voor Naaldenveld (121hectare) en Klein Boekenrode (ruim 4 hectare) ƒ 59.000,-, voor Rozenwater (duingebied, thans onderdeel van Amsterdamse Waterleidingduinen groot bijna 157 hectare) 300.000 gulden; voor Klein-Bentveld (144 hectare) ƒ 42.000,- en voor Boekenrode met 2 nabijgelegen boerderijen, Koeduin en Bosch- en Landzicht, groot 155 hectare, ƒ 160.000,-. Eén van de dochters, Henriëtte Johanna, gehuwd met mr.Hendrik Enschede, erfde Klein-Bentveld, heeft invloed gehad op de verdere ontwikkling van Aerdenhout als villadorp.Klein Boekenrode is in 1925 gesloopt. het Naaldenveld, dat onder Van Eys bij de landerijen van Boekenrode was gevoegd strekte zich uit tot aan de Doodweg (de tegenwoordige Van Vollenhovenlaan). De dochter van Jacob Abraham van Lennep, getrouwd met mr.J.P.van Wickevoort Crommelin, erfde dit bosgebied. Na haar overlijden ging het Naaldenveld over aan haar ongetrouwde dochter Cornelia van Wickevoort Crommelin, die ook al de buitenplaats Wildhoef in eigendom had. Een groot deel van het Naaldenveld was overigens al verkaveld en als villaterrein verkocht. Wat resteerde was natuurgebied en heeft meerdere eigenaars gehad totdat het is overgenomen door de stichting Landschap Noord-Holland.
De tot woning verbouwde boerderij ‘Het Naaldenveld’, lange tijd bewoond door de familie Reinders Folmer, rentmeester van jonkvrouw van Wickevoort Crommelin (foto gemeente Bloemendaal)
foto Naaldenveld, begin 20ste eeuw
Recente foto van scoutinggroep de Kaninefaten uit Lisse in het Naaldenveld
Na het overlijden van hun vader 1869 verkochten de kinderen in 1870 Boekenrode aan de oudste dochter van Pieter van Lennep, Margaretha Catharina, weduwe van de Amsterdammer Jan Messchert van Vollenhoven, die van 1858 tot 1864 burgemeester van de hooofdstad was. Laatstgenoemde bracht in leven de zomermaanden vaak door op Boekenrode en bezocht dan op zondagen, zoals velen in de omgeving, de zogenaamde kerk van Beets. De weduwe ging met twee ongetrouwde broers Jacob en Frits van Lennep en haar dochter Maria van Vollenhoven op Boekenrode wonen.
OP BOEKENRODE HEBBEN NATIONALE CHRISTELIJKE ZENDINGSFEESTEN PLAATSGEHAD IN DE JAREN 1873 – 1875 – 1880 – 1884 – 1888

Op 7 juli 1875 had een groots opgezet nationaal protestants zendingsfeest plaats in het park van Boekenrode, waarvan 4 litho’s zijn vervaardigd.
In 1886 verlaat mw. Van Vollenhoven Boekenrode en verhuurt zij het buiten aan jonkheer Mr. Pieter Teding van Berkhout (1865-1935), 11 juli 1895 in Heemstede gehuwd met jkvr. Ida Deutz van Lennep (dochter van de grondeigenaar-miljonair jhr.mr.Dirk Jacob Carel van Lennep en jkvr. Paulina Agneta Deutz van Assendelft). De nalatenschap van zijn vader jhr.mr.Jan Pieter Adolf Teding van Berkhout, eigenaar van Kennemeroord in Heemstede, zou in 1898 ƒ 1.212.629,- bedragen en hij bezat ruim 333 hectare grond in Haarlem en omliggende gemeenten. In 1891 is de voorgevel van Boekenrode verbreed.

Aankondiging van veiling Heerenhofstede Boekenrode, gelegen in Bloemendaal en Heemstede, in de kranten van 1893
Na haar dood in 1891 is het huis en park in 1893 in veiling gebracht en door genoemde huurder, de vermogende jhr. Pieter Teding van Berkhout (dijkgraaf van de Haarlemmermeerpolder en o.a. van 1909 tot 1920 gemeenteraadslid in Bloemendaal) volgens het Kadaster voor ƒ 192.500,- gekocht. Daarbij is ruim 3 hectare voor ƒ 10.000,- doorverkocht aan Polman Mooy, waarop later het Boekenrode-kwartier is verrezen.
In 1907 is het hoofdhuis vergroot door architect Foeke Kuiper en zijn bovendien nieuwere installaties in het oude gebouw aangebracht. Toen kwam als verrassing in het oudste gedeelte boven een kalklaag een fraaie beschildering te voorschijn uit de tijd van Pieter de Groot. In de voorzijde van het pand is een gedenksteen ingemetseld met de tekst: ‘De eerste steen van den aanbouw van het nieuwe gedeelte gelegd door jhr. Jan Pieter Adolf van Berkhout oud 10 maanden juni 1907’ . [Eenmaal volwassen geworden emigreerde deze telg uit zijn roemrijk geslacht naar de Verenigde Staten waar hij werkte bij de automobielfirma Ford in Detroit en in Bloomfield Hills (Michigan) huwde met Jane Fuller Matheson. Hij is 5 oktober 1983 overleden in Green Valley (Arizona)].
In 1909 zijn in opdracht van P.Teding van Berkhout wijzigingen in de tuin aangebracht door Leonard Anthony Spinger. (1855-1940)
Leonard Springer in 1914 gefotografeerd na de opdracht een wegen- en lanenplan voor het nabijgelegen Oosterduin in Aerdenhout te ontwerpen

Gevelsteen woonhuis Leonard A.Springer, tuinarchitect en dendroloog, Alexanderstraat 16 Haarlem
Borstbeeld van Leonard Springer (1855-1940), tuin- en landschapsarchitect, door Harriët Jellema. Geplaatst op begraafplaats “de nieuwe Ooter’ in Amsterdam
Prentbriefkaart van ‘Boekenrode’ na de verbouwing en vergroting van het herenhuis onmder architectuur van Foeke Kuipers (1907) in opdracht van eigenaar jonkheer Pieter Teding van Berkhout
De familie Teding van Berkhout heeft vanaf 1886 tot 1923 Boekenrode gewoond en was toen genoodzaakt vanwege het dure onderhoud maar vooral na financiële verliezen (6) Boekenrode te verkopen en werd in 1922 ‘een belangrijke openbare verkooping’ door notaris mr.C.J. Boerlage aangekondigd.
De familie verhuisde vervolgens naar Heemstede naar Klein Berkenrode aan de Herenweg. Toen een faillissement dreigde zijn vier familieleden in Haarlem bijeen gekomen en is om de kostbare portrettenverzameling te redden een stichting in het leven geroepen. Citaat uit de notulen van 10 oktober 1930: ‘(…)ter voorkoming van eventuele moeilijkheden voor de collectie schilderijen het nuttig geoordeeld wordt dat de schilderijen zo spoedig mogelijk uit het huis Klein Berkenrode verwijderd worden en overgedragen worden aan de op te richten Stichting. ’s Middags worden de schilderijen in Klein Berkenrode bezichtigd, waarna ten kantore van notaris Hoeflage te Haarlem de Teding van Berkhout-Stichting wordt opgericht.’ De collectie is tegen schulderkenning van 29.935 gulden gekocht (waarvan ƒ 20.000,- is betaald). Een deel van de portretten werd voor ƒ 11.150,- verkocht aan leden van verwante families. De overige 73 portretschilderijen zijn overgedragen aan de vier oprichters van de stichting. [Zie verder boek Henrick S.van Lennep in literatuuropgave]. Ten slotte is men vanuit Klein Berkenrode in 1932 teruggekeerd naar Aerdenhout, en betrok men het pand Boekenrodeweg 47, waar jonkheer Pieter in 1935 is overleden.
Het vertrek van de familie Teding van Berkhout in 1923 betekende het einde van de gedurende eeuwen particulier bewoonde buitenplaats Boekenrode
In 1923/’24 begon de feitelijke verkaveling van de eigenlijke buitenplaats en zijn huis, opstallen en een deel der gronden zijn toen aangekocht door de Vereniging der Zusters Franciscanessen van het St. Franciscusklooster te Heemstede [ tijdelijk woonachtig in het voor de zusters te klein geworden ‘Groot Clooster’ bij Hageveld. Boekenrode kreeg de nieuwe naam ‘Alverna’, naar de Italiaanse schuilplaats van de Heilige Franciscus van Assisi. Aan de noordzijde van het herenhuis is een grote vleugel aangebouwd en is het stalgebouw tot kapel ingericht. Een deel van de terreinen is na 1924 met villa’s bebouwd. De zusterorde werd oorspronkelijk in 1860 gesticht door Mutter Clara Pfänder te Salzkotten in Westfalen. In 1885 vestigde men zich in Haarlem in een pand aan de Spaarnwouderstraat met als doel in de thuisverpleging te werken. Pastoor P.J.Thünissen, oprichter van de Mariastichting, haalde de liefdezusters binnen voor dit rooms-katholieke ziekenhuis en in 1898 verkreeg de ‘Vereeniging der Ziekenverpleegsters Franciscanessen van de Mariastichting te Haarlem’ bij Koninklijk Besluit rechtspersoonlijkheid. Sinds 1952 is de zo geheten Congregatie der Zusters Franciscanessen, Dochters van de Heilige Harten van Jezus en Maria te Aerdenhout, eigenares van het kloosterbezit. Ten slotte: in 2008 zijn het bos en weilanden rondom het klooster verkocht aan de stichting ‘Landschap Noord-Holland’
De naam Boekenrode leeft voort via de Boekenrodeweg en Aerdenhout kent sinds 1923 ook een Teding van Berkhoutlaan, vernoemd naar jonkheer mr. Pieter van Berkhout, in 1865 te Haarlem geboren en in die stad in 1935 overleden.

Gezicht op tuinmanshuis van Boekenrode, gelegen aan de beek genaamd Relle, en in 1920 gebouwd in opdracht van toenmalig eigenaar jhr. mr. P.Teding van Berkhout. Foto uit omstreeks 1925.
Op de RIJKSMONUMENENLIJST staan: Boekenrode 1 en 3 (woningen), Boekenrodeweg 9 (‘Boekenrode’) het middendeel, Boekenrode 35: boerderij Duin en Vaart. Verder in Aerdenhout: Duinlustweg 48: lage woning ‘de Volmeer’, Van Haemstedelaan 2 & 4: lage woningen, Merellaan: Hek van Groot Bentveld, Vogelenzangseweg 3: woning op terrein van Koekoeksduin, Zandvoorterweg 62A: woning beh. bij Boekenrodeweg 1 en 3, Zandvoorterweg 77: voormalige herberg Haringbuys en Zwarteweg 2, thans 4; Koepel van Bos & Hove.
Literatuur
–L.H.Albers. Landgoederen van Zuid-Kennemerland. Amsterdam. April 1984. Boekenrode, p.102-104
-Christian Bertram. Noord-Hollands Arcadia. 2005. Boekenrode, p. 58-59.
-A.van Damme. De buitenplaatsen te Heemstede, Berkenrode en Bennebroek 1628-1811. 1903, p.77-83.
-J.E.Elias. De vroedschap van Amsterdam 1578-1795. Deel 1 (P.de Groot), deel 2: G.van den Bempden, E.E.Tulp, J.Witsen en J.N.van Eys).
-P.Hoekstra. Bloemendaal, proeve ener streekgeschiedenis. Academisch proefschrift Universiteit van Amsterdam 1947.
-A.M.Hulkenberg. Gezichten in Zuid-Kennemerland. Alphen aan den Rijn, Canaletto, 1991, p.11-12.
-Henrick S.van Lennep. Genealogie van de Familie Teding van Berkhout. 2014.
-Ignaz Matthey. Vincken moeten vincken locken; vijf eeuwen van zangvogels en kwartels in Holland. Hilversum, Verloren 2002 [geeft op de pagina’136, 222, 233, 358-359 en 410 informatie over de vinkenbaan van Boekenrode].
-A.M.Nierhoff. Bloemendaal lanen en wegen. Uitgave van gemeente Bloemendaal, 1963.
-Hermanus Numan. Vierentwintig printteekeningen met couleuren, verbeeldende Hollandsche Buitenplaatsen met derzelver beschrijvingen. 1797.

Ingekleurde ets van H.Numan, vanuit Boekenrode richting Haarlem, 1794 [vergelijkbaar met prent van aquatintgraveur J.A.Lutz, die werkzaam was van 1808-1822, uitgegeven door P.Boscelle & Co. te Amsterdam]
-Arnold Pieterse. Aerdenhout; geschiedenis van mijn vaders sporen – herinneringen. 1913. Tweede druk.
-C.Schmidt. Om de eer van de familie. Het geslacht Teding van Berkhout 1500-1950. Een sociologische benadering. Amsterdam, De Bataafsche Leeuw, 1986.
-J.M.Sterck-Proot. Geschiedenis van Aerdenhout. 1e druk 1939. 2e uitgebr. druk 1944.
-Gert Jan van Setten, Bewoners van Boekenrode, In; Ons Bloemendaal, nummer 3, jaargang 36, najaar 2012, p. 12-15.
-mr.C.W.D.Vrijland (bewerkt) Geschiedenis van Bloemendaal en Aerdenhout (Duinlustpark, Bloemendaal-dorp, Overveen, Bentveld en Vogelenzang). Haarlem, Schuyt & Co., 1975. [Hoofdstuk XIII Boekenroode, p. 179-184 + hoofdstuk XXII, p.227-229].
N.B.1 Het archief van Boekenrode, zoals notariële transportakten, zijn aanwezig in het Noord-Hollands Archief te Haarlem
N.B.2. Kaarten zijn verder aanwezig in de afdeling speciale collecties van de universiteitsbibliotheek Wageningen. Daar bevinden zich o.a. een plattegrond van het overbos van Boekenrode (gronden tussen Boekenrode en Leiduin, o.a. Koekoeksduin), vervaardigd door tuinarchitect L.A.Springer, pen en potlood, schaal 1: 1.000; + situatie terrein rondom huis, door L.A.Springer, pen, potlood en aquarel, schaal: 1: 250.

Naar aanleiding van de herbouw 1985-1987 verscheen in 2007 een fotoalbum gewijd aan Alverna, voorheen Boekenrode
NOTEN
(1)Een Rijnlandse morgen was iets minder dan een hectare, namelijk circa 8516 vierkante meter
(2) In 1917 promoveerde Maurits van Leeuwen aan de Universiteit van Utrecht op een proefschrift gewijd aan ‘Het leven van Pieter de Groot’. Daarin schrijft hij dat de diplomaat dankzij zijn huwelijk met de vermogende Agatha van Rijn, maar vooral dankzij het aandeel dat hem toeviel na het overlijden van zijn broer een jaar later, in 1662, Boekenrode kon kopen.
(3) De Grootvader van Gillis van Bempten, ook Gillis geheten, was getrouwd met een zuster van de vorige eigenaar Diederik Dikx, reden waarom hij uit zijn kinderjaren al de hofstede Boekenrode had bezocht. Historicus Geert Mak schrijft in zijn ‘Kleine geschiedenis van Amsterdam’: ‘(…) van de burgemeesters Sautijn, Six en Gillis van Bempten was bekend, dat ze geen ambt aan iemand gaven, of daar moest iets tegenover staan. Gillis van Bempten was bovendien een notoire lichtmis, die zo dik was dat hij, als hij het stadhuis betrad, door twee knechten ondersteund moest worden. Hij stierf in 1748 aan “waterzucht, dat hem aan de benen en op meer plaatsen des lichaams door grote gaten ontliep”.’

Gillis van den Bempden ondersteund door 2 bodes. Illustratie van Anton Pieck in boek: Jacob Bicker Raye 1732-1772 . ‘Notitie van het merkwaardigste meyn bekent’ naar het oorspronkelijke dagboek. Amsterdam, uitg. Joost van den Vondel, 1935
(4) Bij de villa Clematis, Boekenrodeweg 45) is een stuk zandsteen opgegraven, waarop staat gebeiteld dat op 26 april 1735 Jan Six de Jonge (toen 5 jaar oud, een zusterskind van Van den Bempden) de eerste steen voor die vernieuwde brug heeft gelegd
(5) J.G.Michael was de schoonvader van de befaamd geworden tuinarchitect Johan David Zocher (senior) (1763-1817) die wekte voor o.a. de parken van de Hartekamp, Meer en Berg, Woestduin, Bosch en Hoven etc.
(6) H.S.van Lennep schrijft hierover in het genealogie-boek: ‘Het echtpaar vestigde zich op Boekenrode te Vogelenzang, een buitenplaats ter grootte van ruim 123 hectare, die Pieter in 1893 voor ƒ 192.000,- had gekocht. Pieter stak grote sommen geld in diverse cultuurmaatschappijen ter exploitatie van de bloembollenteelt. Dalende koersen en dividenden noodzaakte hem om in de jaren twintig van de vorige eeuw Boekenrode te verkopen en zich te vestigen op Klein Berkenrode te Heemstede. Toen de N.V.Hollandsche Cultuurmaatschappij (exploitant van grote bloembollenvelden) ondermeer door de exorbitante bouwkosten van een prestigieus bloembollengebouw te Heemstede [de ‘Bulb’, Leidsevaartweg 1] in 1930 failliet ging en hij wegens slecht toezicht als commissaris van deze vennootschap werd veroordeeld, werden zijn bezittingen in openbare veiling verkocht. Vier neven Teding van Berkhout konden voor de openbare veiling via een daartoe opgerichte stichting de collectie familieportretten en het Teding van Berkhout-archief verwerven.’
Het begin van de ‘Bulb’ was veelbelovend (Algemeen Handelsblad, 20-7-1930), maar als gevolg van verslechterende omstandigheden, dalende koersen en dividenden gedurende de Eerste Wereldoorlog en de vroege jaren twintig, last not leasr mismangement door enorme onverantwoorde investeringen door directeur C.Pruyser, waren de geldschieters genoodzaakt hun bezittingen te verkopen en betekende het faillissement toen in 1930 ook nog de crisis inviel de financiële genadeslag voor de families Deutz van Lennep en Teding van Berkhout.
Uitsnede van een plattegrond uit J.Craandijk,, Gids voor Haarlem en omstreken, 1896, met vermelding van Boekenrode en noordelijk daarvan Klein Boekenrode. Laatstgenoemde kleine hofstede, feitelijk een boerenwoning, omvatte 5 morgen (ruim 4 hectare), ressorteerde onder Boekenrode, maar is in 1791 door toenmalig eigenaar Jan Nicolaas van Eys voor een bedrag van ƒ 10.000,- verkocht aan de bezitter van de hofstede Oosterduin, de Amsterdamse bankier P.Muylman, opgevolgd door P. van Lennep van Groot Bentveld. In 1869 kwam het weer bij Boekenrode en in 1925 is Klein Boekenrode gesloopt. De vermelde laan van Boekenrode was particulier eigendom en komt daarom niet voor in de officiële straatnaamregisters. Om op de plaats Boekenrode te wandelen was een toegamgskaart vereist, aldus pagina 96 van genoemde gids. De spoorlijn Haarlem – Leiden v.v. is in 1842 met vergunning aangelegd op de weilanden van Boekenrode. Conflicten, zoals van de directie der HIJSM met vooral de eigenaar van Berkenrode, mr. A.H.van Wickevoort Crommelin die tevergeefs een spoorweghalte op grondgebied van Heemstede/Berkenrode eiste, hebben zich destijds niet voorgedaan. Vanaf 1872 stopten in de zomermaanden somtijds treinen ten gerieve van de badgasten naar Zandvoort, maar een officiële halte Heemstede-Aerdenhout is pas in 1928 tot stand gekomen.
In zijn rapport ‘Kastelen en buitenplaatsen van Zuid-Kennemerland'(2000) schrijft dr.H.A.Visscher het volgende over Boekenrode. ‘De plaatselijk beduinde oude strandwal van Aerdenhout is bezuiden dit jonge villadorp nog over een lengte van bijna drie kilometer bosrijk gebleven. De er gelegen bossen waren een tijdlang de jachtterreinen van de grootgrondbezitters bij Heemstede. Door de totstandkoming van de Leidse Trekvaart in 1657 zou hierin verandering komen. Het kanaal vormde namelijk een hinderlijke barrière voor de jaaglustige Heemsteedse landeigenaren. (…)Boekenrode was een 17e eeuwse buitenplaats met een geometrische structuur. Tegen het einde van de 18de eeuw is het buiten grotendeels volgens de landschapsstijl gereconstrueerd en ook uitgebreid. Het landhuis van Boekenrode ligt aan de binnenrand van de oude strandwal op een vrijwel rechthoekig omgracht terrein met een kleine vijver. In zijn huidige vorm dateert het huis van 1789. Ongeveer even oud is er een niet ver vandaan gelegen neoclassicistisch, houten theehuis, dat door corintische zuilen en pilasters wordt verlevendigd. In 1923 werd Boekenrode het domicilie van het klooster Alverna. In verband hiermee zou het huis toen onder meer met een lange vleugel worden vergroot. Bij het klooster ligt een kleine begraafplaats. Het hooggelegen bos achter het kloosterterrein is vrij sterk geaccidenteerd en door rondlopende paden ontsloten. In de 2oste eeuw werden de verder naar het zuidzuidwesten gelegen delen van Boekenrode verdeeld in een aantal kleinere eigendommen waarop dan vervolgens ook een landhuis verrees. Een van deze landhuizen werd…Boekenrode genoemd. Tot Boekenrode behoorde vroeger ook het bosrijke Koekoeksduin waarop in 1919-1920 een nieuw landhuis – een groot door een schilddak gekroond pand dat 18de eeuws aandoet – werd gebouwd. Op Koekoeksduin vinden we een jachthuis, tuinmanswoning uit de 18de eeuw en diverse andere woningen
Foto uit 1939 van het 17de eeuwse ‘Jachthuis’ tussen Aerdenhout en Vogelenzang
Recente foto van het voormalige uit circa 1640 daterende ‘Jachthuis de Koekoek, destijds toebehoren tot de hofstede Achterkoekoek, aan de Vogelenzangseweg , waar zich op zolder een schuilkerk bevond; in 1939 in opdracht van toenmalig eigenaar M.C.Koning gerestaureerd door de Amsterdamse architect A.A.Kok.
Voor geomorfologen is Koekoeksduin vooral interessant door de aanwezigheid op de oude Aerdenhoutse strandwal van enkele vrij imposante duinformaties, die tot meer dan 12 meter boven N.A.P. reiken.

Vooraanzicht van het nieuwe huis Leyduin
Langs de zuidzijde van Koekoeksduin wordt de beduinde oude strandwal overdwars gesneden door een verharde weg. Aan de andere kant vormen de voormalige landgoederen Leyduin, Vinkenduin en Woestduin een aaneengesloten geheel van bijna 134 hectare dat zich tot bij het dorpje Vogelenzang uitstrekt. (…)’.
ILLUSTRATIES BOEKENRODE

De Leidsevaart bij Boekenrode op een tekening van Pieter van Loon (1801-1873) uit 1850 (Universiteitsbibliotheek Leiden)

Een woonboot op het droge bij Boekenrode, door Pieter van Loon (1801-1873), 1850 (Universiteitsbibliotheek Leiden)

Tellingen van het aantal tussen 1789 en 1811 gevangen vogels op de vinkenbaan van Boekenrode(uit boek van Ignaz Matthey, p.359)
Het Zendingsfeest 7 juli 1875 op Boekenrode werd volgend De Tijd door circa 18.000 personen bezocht, inclusief twee Surinaamse negers
Zendingsdeest Boekenrode, 7 juli 1875: aankomst op het feestterrein
Spreekplaats 3 in het Beukenbosch van Boekenrode, 7 juli 1875
Litho uit 1855 door A.van Oosterzee van spreekplaats op het Groote Plein van Boekenrode
Op 18 juni 1884 had wederom een geslaagd christelijk zendingsfeest plaats op Boekenrode
Bij het zendingsfeest van 1888 op Boekenrode verscheen een bundel christelijke verzen ‘Uit mijn Bloemhof’, waarvan de opbrengst ten goede kwam van de christelijke school in Heemstede, opgericht door Nicolaas Beets die bij sommige zendingsfeesten als spreket optrad

De boerderij van Boekenrode in 1904 gefotografeerd door W.A.van Zadel
Foto van zijaanzicht Boekenrode met tuin ten tijde van de bewoning van de familie Teding van Berkhout, sinds 1924 klooster ‘Alverna’ van de Zusters Franciscanessen

Herenkamer van Boekenrode in Aerdenhout, circa 1920

Salon van Boekenrode, circa 1920
Gezicht op Alverna (Bokenrode) vanaf de Boekenrodeweg (foto Ron Dam)
Tulpenboom bij huize Boekenrode (uit: ‘Lezen in het duin’, 2012, pagina 37, met foto van Joop Mourik
Kloostercomplex Alverna (vh. Boekenrode) met klok in de vijver

Alverna, Aerdenhout (foto J.P.Teengs, 2016)

Alverna, Aerdenhout (foto J.P.Teengs, 2016)

Alverna, Aerdenhout (foto J.P.Teengs, 2016)

Alverna, Aerdenhout (foto J.P.Teengs, 2016)

Alverna, Aerdenhout (foto J.P.Teengs, 2016)
ARTIKELEN UIT KRANTEN EN TIJDSCHRIFTEN OVER GESCHIEDENIS VAN BOEKENRODE
Geschiedenis Boekenrode door dr.H.A.Visscher, 2000 (in serie Natuur en Landschap F 7a: Kastelen en buitens van Zuid-Kennemerland)
Ligging van de buitens in Zuid-Kennemerland (1)
Vervolg ligging buitenplaatsen van Zuid-Kennemerland. BOEKENRODE = 33
Legenda bij 2 bovenstaande kaarten van buitens in Zuid-Kennemerland

Op Boekenrode 5 en 30 juli 1875 door Johannes van Vloten, gepubliceerd in de Nederlandsche Spectator, 1875
Nog een bijdrage van Johannes van Vloten uit de Nederlandsche Spectator 1875 gewijd aan Pieter de Groot.
Slot van ‘Verzoende schimmen’ uit de Nederlandsche Spectator, 1875, geschreven door de destijds in Bloemendaal woonachtige letterkundige en hoogleraar Johannes van Vloten.

Artikel over Pieter de Groot, zoon van Hugo de Groot; door Jan Bomans, in: Nieuwe Haarlemsche Courant van 28-11-1953
Staalgravure met portret van Pieter de Groot, die 1678 op zijn buiten Boekenrode overleed
Zowel het herenhuis als de theekoepel van Boekenrode, Boekenrodeweg 9, staan op de rijksmonumentenlijst, evenals de gerestaureerde boerderij Duin en Vaart, Boenrodeweg 35
Illustratie uit het boek; De monumenten van de gemeente Bloemendaal: Aerdenhout, Bennebroek, Bloemendaal, Overveen en Vogelenzang; door Wim Post met fotografie van Cor van Iperen, verschenen in 2011.
De historie van boerderij Vaart en Duin aan de Boekenrodeweg is nauw verbonden met de hofstede Boekenrode. Het is de oudste boekenhoeve van Bloemendaal, al genoemd in een akte uit 1580. De naam van deze op het terrein van Boekenrode gelegen boerderij was oorspronkelijk ‘Duin en Vaart’, mmaar in de 19de eeuw is de naam verhaspeld tot ‘Vaart en Duin’.
Vaart en Duin, uit: de Heemsteedse Koerier van 18 februari 1982.
Vervolg van artikel over boerderij ‘Vaart en Duin’ uit: de Heemsteedse Koerier van 18-2-1982
Schapen bij de boerderij Duin en Vaart. Al in de 17e en 18e eeuw zijn aan de zuid- en oostgrens van Boekenrode schapen gehouden
Oude prentbriefkaart van boerderij op Boekenrode, Aerdenhout (Postcardsfrom)
Boerderij aan de Boekenrodeweg, in 1960 gesloopt, om plaats te maken voor een villa
De gerestaureerde theekoepel van Boekenrode
Foto in 1953 genomen vanaf de toren van de Bavokerk aan de Herenweg in Heemstede met achter de Herenweg de school- en werktuinen en in de verte Boekenrode (NHA)

Toegangspoort naar het klooster Alverna in Aerfdenhout

Tegenover het oude herenhuis van Boekenrode (nu Alverna) en voor het bos is door de zusters een beeld geplaats van de Heilge Jozef die het Christuskind draagt.

Foto genomen vanaf de Heemsteedse zijde van het laantje van Alverna met zicht op vpprmalig Boekenrode en de appartementengebouwen die anno 2016 gebouwd worden door aannemingsmaatschappij BAM

Ontwerpplan van (92) appartementen op de terreinen van Boekenrode/Alverna rond het oude herenhuis, door Keizerrijk Architecten

Voor het niet publiek toegankelijke weiland geplaatst bord met uitleg over het landgoed Alverna

Foto genomen vanaf het Laantje van Alverna. Ongeveer ter hoogte van de grens loopt de grens van Heemstede met Bloemendaal. Rechts de Heemsteedse huizen met rode pannen, en links van Aerdenhout met een blauwe dakbedekking.

Komende van de Heemsteedse zijde komt men het Laantje van Alverna doorlopend terecht bij de muur en poort die toebehoorde aan Boekenrode en van waaruit de eigenaar en zijn familie via hun particulier terrein de steiger van de Leidevaart konden bereiken.

De Ijskelder van Boekenrode (Frits van der Veldt, in: Ons Bloemendaal, nummer 4, jaargang 43, winter 2019, pagina 30)

In augustus 2016 gemaakte foto van het klassieke theekoepeltje dat bij de hofstede van Boekenrode behoorde, tegenwoordig rijksmonument

Alverna: Franciscanessen van Aerdenhout. Uit het Schoolstad, 1949.
Artikel: BEWONERS VAN BOEKENRODE; door Gert Jan van Setten (Ons Bloemendaal, najaar 2012, p.12-15.

Rechtbankverslag betreffende al of niet openbaarheid van het laantje van Alverna, Haarlems Dagblad 15 juni 2018
‘Alverna gaat vrij snel weer open’; verzet moet zich wel neerleggen bij uitspraak rechter

Haarlems Dagblad van 24 november 2018 naar aanleiding van een persbericht van de Nederlandse Spoorwegen met tot 23 november al 32 dodelijke slachtoffers op zowel onbewaakte als beveiligde overwegen, als laatste een 47 jarige persoon uit Santpoort op een onbewaakte overweg in die plaats
bijlage: de zusters van Alverna ook op Hageveld (’t Clooster) Heemstede

De zusters van Alverna op kleinseminarie Hageveld door Jaap Suidgeest, in: ‘Van buitenplaats tot seminarie’, 2002

vervolg van ‘De zusters van Hageveld’ door Jaap Suidgeest, 2002
==================================
Eerstvolgende bijdragen:
- Schrijfster Lizzy Sara May (1818-1988): ‘gelukkige jaren in Heemstede (1927-1937)’
- De glorieuze beginjaren en trieste finale van warenhuis Vroom en Dreesmann in Haarlem
- De Jacobschool in Heemstede, opgericht in 1930, als Broederschool
- De Heemsteedse Hermandad tot omstreeks 1950
- Librariana: actueel historisch nieuws van bibliotheken (wereldwijd)
- Serie: van en over Godfried Bomans, te beginnen met 1) Geza Frid en Mies Bouwman.


Gisteren, maandag 7 augustus, een fietstocht gemaakt onder meer door Heemstede/Aerdenhout. Bij toeval langs Alverna gereden en thuis via Internet alle informatie gevonden. Wat prachtig allemaal. Wij, mijn zus en ik, vinden onze oorsprong in Haarlem `(ouders, grootouders en voorvaders/moeders). Dank voor deze uitgebreide informatie.
Ans Tesselaar
(grootouders zijn Vogel-Lensen, destijds wonende Zijlweg 274 Haarlem)
Good afternoon! This is an amazing research! Our friend (grand-daughter of Isabella van Son – daughter of P.Teding van Berkhout ) is coming over next week with a visit from RSA. She gave us the address where her granny used to live, we contacted archive in Haarlem and they provided us with links to your blog. Thank you for your work! Isabella (a grand-daughter) will be delighted to read all this and visit the place where her granny used to live.
I have also read your research on Klein Berkenrode as the family used to live there as well.
With kind regards,
Elena R